1855 11 NOVEMBER 1976
(Avond)
Wij krijgen de rekening gepresenteerd van een wel
gemeend renovatieproces, waarin wij juist voor de
groepen die ons nodig hebben een marge hebben ge
creëerd welke buiten de rijksnormering valt. Dit
is geen ontdekking van de P.v.d.A.want wij heb
ben dit zelf verschillende malen gesignaleerd en
wij rekenen dit weloverwogen tot onze verantwoor
delijkheid.
Wat is er met de na-oorlogse huizen aan de
hand? Hier worden verschillende dingen door elkaar
gehaald, maar het kernpunt van de problematiek is
het volgende. Natuurlijk zal de gemeente haar wo
ningen als een goed huismoeder moeten onderhouden,
daar is geen speld tussen te krijgen en dat zal
gewoon gebeuren. Ik ben echter de eerste om toe te
geven dat er met betrekking tot het woningbestand
van -ruim 8500 woningen fouten worden gemaakt. Die
fouten worden in politiek opzicht gesignaleerd en
het wil er bij mij niet in dat incidentele meldin
gen van gemaakte fouten een woningbedrijf meteen
bestempelen tot een dienst die zijn zaken niet
aankan, een dienst waar wellicht het een en ander
mis zit. Er worden woningen goed onderhouden en er
worden fouten gemaakt. De gehele problematiek van
de Heuvel dateert van 1946, 1948 en 1949. Daar
zitten wij met een woningbestand dat 25 a 30 jaar
oud is en ik geloof dat je geen technicus behoeft
te zijn om te zeggen dat je niet aan het onderhou
den kunt blijven. Op een bepaald moment zal de
deur niet meer geschilderd kunnen worden, maar zal
er een nieuwe deur in moeten. Op een bepaald mo
ment zullen woningen wél op een riolering aange
sloten moeten worden, op een bepaald moment zal er
toch een douche moeten komen. Zo zou ik wel hon
derd dingen kunnen noemen. Je kunt niet blijven
onderhouden, de oudheid van een bepaald complex
dwingt je tot verbeteringen om in de toekomst goed
onderhoud te kunnen uitvoeren. Daarom trap ik niet
naar de heer Schaefer, maar zeg ik: die man heeft
het gezien. Juist met die betrekking tot die com
plexen heeft hijwanneer er verbeterd en