1859 11 NOVEMBER 1976
(Avond)
werken met hun kwaliteiten, met hun inzet in
staat dit proces te blijven bewaken. U dient er
echter wel rekening mee te houden dat dit proces
niet alleen om de verhouding tussen huurder en
verhuurder draait en dat het niet alleen een za
kelijke dimensie heeft, maar ook nog een derde
dimensie in het kader van maatschappij-ontwikke
ling en maatschappij-verandering waar wij met z'n
allen aan moeten wennen.
Vervolgens heeft de heer Houben het over het
civieltechnisch achterstallig onderhoud gehad. De
heer Lambregts heeft daarover ook gesproken. U
weet dat er met name in de sector openbare werken,
werkend in de toekomst en vanuit het verleden,
telkenjare een financieel meer toegeknepen beleid
moet worden gevoerd. Dan siert het een directeur
en een portefeuillehouder wanneer zij daar de
elasticiteit zoeken, wanneer zij daar prioritei
ten proberen te leggen binnen het kader van de
wilsuitingen van de raad, neergelegd in politieke
programma's. Natuurlijk heb je een aantal varia
belen, maar de kapitaalslasten liggen helaas aard
en nagelvast. Dan blijft het wat elastisch aan de
andere kant, tot het moment waarop wij met z'n
allen signaleren dat het zo niet langer kan. Bij
de behandeling van de begroting in de commissies
hebt u ook duidelijk van de directeur gehoord dat
er rek in heeft gezeten, dat wij te dien aanzien
verantwoord hebben gehandeld maar dat die rek er
nu uit is. Dit is allemaal niet spectaculair,
maar één van de grote prioriteiten van deze dienst
in de komende jaren zal het weer op een aanvaard
baar niveau brengen van dit civiel-technisch on
derhoud zijn. Dat is u toegezegd, dat zal moeten
gebeuren en het is een zeer belangrijke, zo niet
de eerste prioriteit. Wij bevinden ons nu op een
punt dat het niet verder kan, maar onze handel
wijze is verantwoord geweest. Wij zullen maatre
gelen nemen om de onderhoudssituatie weer op peil
te brengen en dat zal ten koste van andere dingen
gaan. Ik kom daar straks nog op terug.