12 NOVEMBER 1976. 1891 (Middag) van de methodiek moeten komen. Als men in mijn hart kijkt, zal men constateren dat ik geloof dat we op een andere methodiek moeten overstappen, die een snellere aanpak mogelijk maakt, die minder experi menteel is en die meer in het vlak van het normale aankopen en verkopen en wellicht ook van het ruilen ligt. Dit is overigens een voorschot op een stand punt dat binnen afzienbare tijd aan de raad zal worden voorgelegd. Ik verwacht dat we hierover bin nen drie a vier maanden zo al niet in de raad dan toch zeker in de commissie zullen kunnen praten. De situatie met betrekking tot het traject Houtmarkt/Karnemelkstraat, waarover de heer Lam- bregts opmerkingen heeft gemaakt, is naar ik meen gisteren nog niet geheel uit de verf gekomen. In dit verband zijn enkele elementen van belang. Het verheugt mij zeer dat de C.D.A.-fractie de voorge nomen invulling van de Houtmarkt van groot belang acht en toejuicht. Als wij echter menen dat het plan uitvoering verdient en als wij hebben besloten de Karnemelkstraat en de Houtmarkt op verkeerstech nisch gebied "toe te knijpen", zullen we dat in zo groot mogelijke harmonie en in overeenstemming met alle betrokkenen moeten kunnen realiseren. Nu doet zich, zoals de heer Lambregts heeft geschetst, de moeilijkheid voor dat sommigen allerlei ove rigens nogal divergerende bezwaren tegen het plan hebben. De heer Lambregts heeft voor een ge sprek tussen de bezwaarden en mij gepleit. Ik zeg hem graag toe dat ik bereid ben een dergelijk ge sprek te voeren, maar ik moet erop wijzen dat wij in hoge mate in procedurele moeilijkheden komen te verkeren, aangezien mij gisteren bekend is geworden dat het provinciaal bestuur alle bezwaarden heeft uitgenodigd over anderhalve week op het provincie huis te komen teneinde in deze zaak door de betrok ken gedeputeerde te kunnen worden gehoord. Ook wij zijn uitgenodigd en het ligt in mijn voornemen nog vóór die bijeenkomst een gesprek met de bezwaarden te voeren. Ik zeg de heer Lambregts graag toe dat dit zal gebeuren en voor het geval dat de mening

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1891