1894 12 NOVEMBER 1976. (Middag) duidelijk beeld te krijgen, doordat de gegevens in de begroting verscholen zijn. Als men nagaat wat de fysieke uitbreiding in 1977 inhoudt, ziet men dat daar in totaal 16 medewerkers bij betrokken zijn: 2 bij de afdeling stedebouw in het bijzonder voor de problematiek van de stadsvernieuwing 1 bij het grondbedrijf, 3 bij de afdeling civieltechniek 2 bij de afdeling bouwkunde, 1 bij de afdeling bouw en woningtoezicht, 2 bij de afdeling landmeetkunde, 2 bij de administratie en 3 bij het secretariaat. Op de renovaties ben ik al uitgebreid ingegaan. Voor de problematiek van het verkopen van gemeente lijke woningcomplexen zou ik willen verwijzen naar de beantwoording van opmerkingen van mevrouw Munt- jewerff, die er terecht op heeft gewezen dat aan de verkoop van dergelijke complexen voorwaarden zijn gesteld. Verkoop is alleen mogelijk, als er na oorlogse eengezinswoningen in het geding zijn waar van het onderhoud op peil is. De heer Van Asseldonk heeft gevraagd of ik het feit dat het B.K.K. in de stuurgroep voor de een- en tweepersoonshuishoudens de zetel van het J.A.C. heeft ingenomen, een bijdrage tot het demo cratisch gebeuren vind. Persoonlijk heb ik alle hoop dat dit inderdaad het geval zal zijn, maar ik geloof dat we, niet alleen vanwege de deelname van het B.K.K. maar ook omdat de componenten niet gere geld met elkaar verkeren en elkaar soms wat wezens vreemd zijn, tezamen met de commissie openbare wer ken de handel en wandel van deze in het openbaar vergaderende groep zullen moeten blijven volgen. Over de contactcommissie Princenhage heeft de heer Oomen het zijne gezegd, terwijl sommigen iets anders hebben opgemerkt. Het interesseert mij min der wie wat heeft gezegd, maar het zou mij persoon lijk zeer verdrieten als het bijzonder goede werk dat de contactcommissie voor Princenhage heeft ge daan, en de bijzonder vruchtbare, kritische en posi- tiece relatie tussen die contactcommissie en het gemeentebestuur van Breda op de tocht zouden komen te staan. Ik heb diep respect voor het werk dat deze

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1894