12 NOVEMBER 1976. 1895 (Middag) mensen in vaak moeilijke situaties hebben verricht. Ik meen hiermee alle vragen te hebben beant woord De VOORZITTER: Ik herinner aan hetgeen ik bij het begin van deze vergadering heb gezegd, ook aan het feit dat het onderwerp dat gisteren al aan de orde was nog niet onder de afspraken zou hoeven te vallen. Desalniettemin wil ik u vragen in uw vraag stelling erg kort te zijn. De heer VAN DUIJL: U hebt ons inderdaad enigs zins verrast, maar ik zal proberen in telegramstijl nog enkele dingen in het midden te brengen. De VOORZITTER: Dit is een enigszins spannend moment, want nu moet het goed gebeuren.' De heer VAN DUIJL: Op de eerste plaats wil ik een punt noemen dat ik gisteren vergeten was, na melijk de duidelijke markering van de plaatsen waar zich in Breda parkeervoorzieningen bevinden. De huidige situatie laat te dien aanzien nog wel iets te wensen over. Mij heeft een bericht bereikt dat de B.B.A. voornemens is een buslijn naar het industrieterrein op te heffen. Ik wil daar verder niet op ingaan, maar ik zou willen vragen of het college bereid is met de B.B.A. in contact te treden over de situatie die zou kunnen ontstaan. Ik ben nog een reactie schuldig aan de heer Houben, die daarom heeft gevraagd. Waarschijnlijk heeft hij niet helemaal goed geluisterd naar de op merkingen die ik over het parkeren heb gemaakt. Ik heb namelijk niet rechtstreeks voor uitbreiding van het aantal parkeerplaatsen gepleit, maar alleen bezorgdheid uitgesproken over het in de loop van de jaren verloren gaan van een aantal parkeerplaatsen. Ik verkeer enigszins in moeilijkheden naar aanleiding van de opmerkingen van de heer Houben over rijksweg 58, waaromtrent ik gisteren een motie

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1895