1960 12 NOVEMBER 1976. (Middag) uitstekend en ik zie niet in dat er door het bij elkaar voegen van alle partners een betere struc tuur zou kunnen worden gecreëerd. Integendeel: er ontstaat op die manier een vervlakking van de dis cussie en er zitten bij een dergelijk groot gezel schap altijd figuren die op een gegeven ogenblik niet meer geïnteresseerd zijn in de problematiek, welke inderdaad ook vaak zeer specifiek voor een bepaalde categorie is. Wij menen in de huidige over legstructuren optimale mogelijkheden te hebben ge kozen. Overigens zou ik De heer DREEF: Mag ik interrumperen? De VOORZITTER: Laat u de wethouder even door praten 2 De heer DREEF: Maar dit is een belangrijk punt De VOORZITTER: Laat u hem minstens zijn zin afmaken Wethouder VAN GRAAFEILAND:erop willen wijzen dat men door over werkgelegenheid te praten nog geen enkele arbeidsplaats creëert. Je kunt oe verloos blijven overleggen over het creëren van werkgelegenheid, maar op een gegeven ogenblik moet je gewoon iets doen en moet je op pad. Uiteindelijk is dat toch de bedoeling van alles wat wij op pa pier zetten en van alle overleg dat wij met elkaar plegen De heer DREEF: De wethouder zegt terecht "wij" Hij bedoelt daarmee dat het college geregeld wordt geïnformeerd Wethouder VAN GRAAFEILAND: Geen sprake van, ik bedoel dit binnen de kaders die de raad heeft ge steld op basis van de werkgelegenheidsbeleidsnotas die de raad zijn aangeboden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1960