1974 12 NOVEMBER 1976. (Middag) omvat de brandweer en de afdeling reiniging. De brandweer zal onder een gemeenschappelijke regeling in gewestelijk verband komen te vallen. De uitbrei ding van de kazerne en de daarbovende liggende ac commodatie is noodzakelijk, zowel met het oog op het grotere materieel als met het oog op de uitbreiding van het persooneel. Ook hierover heb ik weinig te zeggen. De begroting van de afdeling reiniging gaf mij de indruk dat hier wel erg zuinig te werk is gegaan om het tekort zo klein mogelijk te houden. De burger betaalt niet graag voor het weghalen van zijn vuil. Het materieel voor het ophalen auto's, containers heeft een lange afschrijvingstermijn, aan het eind waarvan het onbruikbaar zal worden of dure reparaties zal behoeven. Ten aanzien van de verwerking van het afval is gekozen voor gecontro leerd storten, de voordeligste manier. Als van ho gerhand zwaardere eisen aan het milieubehoud wor den gesteld, zal echter zeker een verhoging van de verwerkingskosten optreden. Bezinning op en reser vering voor de toekomst lijken mij alleszins zin nig, omdat wij daardoor bijtijds met veranderingen rekening zullen kunnen houden. We zijn nu voor delig uit, maar ik ben bang dat in de toekomst het verwerken van afval hoe langer hoe duurder zal wor den. Ik wil hier geen politieke keuze doen ten aan zien van de vraag of de burgers de hogere kosten rechtstreeks zullen moeten betalen of dat deze uit de algemene middelen zullen moeten worden bestreden. Ik meen echter dat het ophalen en verwerken van af val één van de eerste taken van een stad is en dat deze activiteiten op het huidige peil dienen te worden gehandhaafd, ten koste van verscheidene in vesteringen. De heer MARTENS: Ik zou enkele korte opmerkin gen over de brandweer willen maken. Het heeft mij verbaasd dat de heer Geene, die op het ogenblik afwezig is, heeft gezegd dat er in de commissies nogal wordt gepolariseerd. Ik voelde mij daardoor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1974