12 NOVEMBER 1976 2011 (Avond) portefeuille afspelen. Er zijn diverse vragen aan de orde en in verband met de rijkswegen speelt ook het rijk een rol. Nu er een stadsgewestelijke brandweer in het leven is geroepen, is dit pro bleem daar wellicht beter op zijn plaats dan wan neer het alleen vanuit de optiek van de gemeente Breda wordt bezien. Ik hoop dat dit op zijn minst een aanzet mag geven om daarover duidelijkheid te krijgen. Naar aanleiding van de opmerkingen van de heer Van Duijl over "Breda-schone stad" consta teer ik dat het vervoerbedrijf eigenlijk een on dankbare taak heeft. De mentaliteit van de bur gers is lang niet altijd zoals wij zouden wensen, maar ik vind dat die mentaliteit niet moet worden gecompenseerd met een ongebreidelde uitbouw van de straatveegdienst. Wanneer vuil op een clande stiene stortplaats is gestort en er wordt, nadat het vervoerbedrijf, door wie dan ook gewaarschuwd, dat vuil heeft opgeruimd, meteen weer van alles neergegooidontstaat er een gedachtengang in de trant van: "Gooi het daar maar neer want het ver voerbedrijf ruimt het over twee of drie dagen tóch wel weer op!" Op die manier zijn we nou net waar we zijn moeten. Er is een voortdurende wis selwerking. We moeten goed in het oog houden hoe het proces van het clandestien storten van vuil zich gaat voltrekken, maar we laten het ook wel eens even liggen, want je kunt vandaag vuil sig naleren en het morgen opruimen, maar overmorgen ligt het er weer, gewoon op grond van het feit dat automatisch wordt aangenomen dat de gemeente het wel weer zal opruimen. We moeten met elkaar voorkomen dat we die mentaliteit gaan ontwikke len Bij de beantwoording van de opmerkingen van de heer Martens heb ik al iets over de "ambtenaar voor milieuzaken" gezegd. Deze betiteling is, ik herhaal het, niet helemaal goed: het gaat hier om een persoon, die inhakend op de activiteiten van het vervoerbedrijf, probeert sommige burgers

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 2011