12 NOVEMBER 1976 2025
(Avond)
een stukje afspiegeling van de dynamiek waar ik
het over heb. Anderzijds wijs ik erop dat het,
wanneer de inspraaknota niet de juiste uitgangs
punten bevat, natuurlijk ontzettend moeilijk is
daarover snel tot overeenstemming te komen. We
hebben de behandeling niet willen uitstellen; we
hebben alleen geprobeerd in Breda een inspraakno
ta te laten ontstaan die ook buiten de fracties
die er op dit ogenblik aan meewerken geheel accep
tabel is. Wat we proberen is de inspraaknota te
laten verbeteren, in plaats van de behandeling te
laten uitstellen.
De heer GEENE: Ik denk dat het engeltje boos
kijkt naar de heer Welschen!
De heer WELSCHEN: Nee, het zit naar u te
kijken, maar u zult het morgen pas zien, want er
moet doorvallend licht zijn!
Mijnheer de voorzitter. Zoals men weet in de
inspraak voor ons verreweg het belangrijkste punt,
maar ik wil ook nog enkele andere punten aan de
orde stellen, die naar ik meen technisch met uw
deelbegroting samenhangen.
Met betrekking tot het beleidsplan zou ik
graag twee dingen van u willen weten, op de eerste
plaats tot welke procedure het werken aan het be
leidsplan voor de begrotingsbehandeling van het
volgend jaar nu precies gaat leiden. Ik zou, met
andere woorden, willen vragen of u, in het kader
van de verwachtingen ten aanzien van het beleids
plan, exact kunt aangeven hoe de begrotingsbehan
deling gaat worden. Op de tweede plaats het vol
gende: in het beleidsplan probeert men naar mijn
gevoel en niet alleen naar mijn gevoel twee
dingen die onverenigbaar zijn te verenigen, ener
zijds een exacte planning die voor verscheidene
jaren geldt, anderzijds het besturen van een ge
meente, dat op politieke prioriteiten gebaseerd
moet zijn. Het is de vraag hoe u die elementen
onderling probeert te koppelen. Ik zie dat nog
niet helemaal. Is het beleidsplan zó flexibel, dat
