12 NOVEMBER 1976 2043 (Avond) De VOORZITTER: Dan zullen we alsnog de op merkingen van alle kanten ook de opmerkingen die nu zijn gemaakt in de nota proberen in te passen. We zullen niet met een volkomen nieuwe procedure beginnen, maar we zullen proberen de nota af te ronden om haar in februari of maart te kunnen behandelen. Die toezegging zou ik erg graag willen doen. Over het beleidsplan, waarop de heer Welschen is ingegaan, wil straks misschien ook nog de heer Broeders iets zeggen. De procedure met betrekking tot het beleidsplan, de meerjarenbegroting en de nota's per sector ligt helemaal vast. In overleg met de commissie algemene zaken en de commissie financiën is vastgesteld wat er zou worden gedaan, op welk moment dat zou gebeuren, hoe de raad zou worden ingeschakeld en wat de eindfase zou zijn. In de notulen van de gecombineerde commissiever gadering van 2 april ligt dit alles vast en aan iemand die deze notulen niet kent of niet meer heeft wil ik ze erg graag ter hand stellen. Over de procedure en de verdere doelstellingen voor de nabije toekomst heb ik daarmee naar ik meen vol doende gezegd. Mede in aansluiting op de discussie van dins dagavond is door de heer Welschen nog aandacht aan de decentralisatie besteed. Ik kan natuurlijk herhalen wat ik dinsdagavond heb gezegd, maar ik geloof dat ik dat maar moet nalaten. De heer Wel schen heeft daar nu een opmerking over het ver spreiden van ambtenaren aan toegevoegd. Daarover is al eens eerder gesproken, maar deze gedachte is in Breda nog nooit in de praktijk gebracht. Wij zien op dit ogenblik geen directe noodzaak om daartoe over te gaan. Ik zou tot slot willen ingaan op het door de heer Welschen verdedigde amendement, waarin wordt voorgesteld een verschuiving ten bedrage van 155.000,aan te brengen. Ten aanzien van het bedrag van 60.000,voor de secretarie heeft wethouder De Raaff gisteren al een toelichting

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 2043