12 NOVEMBER 1976 2045
(Avond)
onderwijsgebeuren in onze stad van belang is in
relatie tot de deelbegroting 1977. In een afzon
derlijke vergadering is ook de S.A.D. met zijn
concept-begroting uitvoerig ter sprake geweest.
De verslagen zijn toegezonden, zodat ik daar ver
der niet op terug hoef te komen. Tijdens de alge
mene beschouwingen heeft mijn fractievoorzitter
ook dit jaar weer de sector onderwijs aan de orde
gesteld. Hij is met een aantal vragen gekomen
waarop de wethouder inmiddels al heeft gereageerd
Natuurlijk was ook de S.A.D. weer onderwerp van
bespreking, evenals de vrijheid van richting, in
richting en oprichting, alsmede het godsdienston
derwijs op de basisscholen. In het bijzonder over
dit laatste punt zou veel te zeggen zijn, maar ik
wil dat vanavond maar overslaan, hoewel het na
tuurlijk een zeer belangrijke aangelegenheid is.
Overigens: als ik het over "godsdienstonderwijs"
heb, spreekt het vanzelf dat ik daaronder ook de
humanistische vorming begrijp.
Ik zou ermee willen volstaan twee belangrij
ke zaken op onderwijsgebied te vermelden. In de
eerste plaats wijs ik erop dat men kan kennisne
men van de lijvige toelichting van het ministerie
op het conceptontwerp voor de nieuwe wet op het
basisonderwijs. Ik zeg met opzet "kennisnemen",
want de bestudering zou men kunnen overlaten aan
vakmensen met veel tijd. Het is voor mij bijzon
der moeilijk hier verder niet op in te gaan, maar
ik zal dat toch niet doen. Overigens zou ik de
wethouder willen aanraden dit concept-ontwerp
eens te laten bestuderen of er zelf stukken over
te lezen. Men zal dan zien dat bij sommige punten
de vrijheid van onderwijs toch wel heel sterk in
het geding komt. Naar aanleiding van de algemene
beschouwingen van mijn fractievoorzitter heeft de
wethouder beloofd dat hij de vrijheid van onder
wijs in Breda terdege zal bewaken, zodat hij van
de toelichting op het conceptontwerp niet alleen
kennis moet nemen maar ook een voorwerp van stu
die moet maken.