12 NOVEMBER 1976 2047 (Avond) dat even aan te horen. In een progressief streven naar een allesomvattende opbouw van een netwerk van op elkaar afgestemde vormingsstructuren rond de school, getuigt de contourennota van een visie die de school nog steeds een overmatige en over dreven taak toekent. Men andere woorden: binnen het cultuurpolitiek principe van de permanente educatie en de effectuering daarvan in de praktijk is de functie van de school nog niet consequent doordacht. De toekomstige school van de contouren nota blijft de leerling vangen in een tamelijk strak gemodelleerde structuur en daartegen heb ik zeer grote bezwaren. Men kan zich namelijk afvra gen waarom aan nieuwe modellen zo'n behoefte be staat als de toekomstige school een veel beschei dener rol zal gaan spelen, zoals zij sinds de in trede van het zogenaamde "derde milieu" al doet; ik denk daarbij vooral aan de massamedia en aan allerlei verborgen medeopvoeders. De verdere orga nisatie van systemen van weerkerend leren zoals moeder—m.a.v.o.'s, v.j.v.-werk, cursuswerk op de volksuniversiteiten, Teleac en verdere "open school"-achtige activiteiten, zal de overdreven schoolfunctie nog meer gaan onderstrepen. Vrij algemeen wordt tegenwoordig aangenomen dat de schoolresultaten maar zeer betrekkelijk aan de school zelf te danken zijn. De omstandigheden zijn drastisch veranderd sinds de periode aan het eind van de negentiende eeuw waarin het project van het volksonderwijs de stoot heeft gegeven tot al fabetisering van de massa. De school is reeds ge ruime tijd bezig haar monopolie van overdracht van kennis en kunde te verliezen en is alleen nog maar een schakel naar verschillende vormingswegen. De verwachtingen die de opstellers van de contou rennota nog steeds hebben van de betekenis van de school ook al gebruiken zij termen als "funde rend onderwijs" en "basisonderwijs" zijn daar om sterk overdreven en eigenlijk conservatief. Zij leggen een zwaar gewicht op de schouders van leer krachten, ouders en leerlingen en weliswaar heeft

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 2047