12 NOVEMBER 1976 2085 (Avond) bevoegdheden aan het stadsgewest praten, als men het vraagstuk van de wenselijkheid en mogelijkheid van directe verkiezingen van de leden van de stads- gewestraad door en uit de bevolking in de beschou wingen betrekt. Die strekking zien wij in de mo tie. Wij willen alle opties open houden maar een algemene discussie met een koppeling van deze pro blematiek stellen wij op prijs en daarom zullen wij deze motie steunen. Tot slot iets over de motie van de heer Wel- schen betreffende een onderzoek naar bezuinigingen vóór een bepaalde datum en een nieuwe discussie over de onroerend-goedbelasting. Afgezien van de argumenten die de wethouder al heeft genoemd, kan mijns inziens worden geconstateerd dat deze motie in strijd is met de gedachte die wij op tafel heb ben gelegd. Wij hebben een alternatief aangeboden in de vorm van een verminderde stijging van de on roerend-goedbelasting, waartoe wij een voorstel in het amendement onder nr. 2 van de lijst hebben neergelegd. Bovendien hebben wij nog de motie on der nr. 3 ingediend die ook voor de toekomst enige opties openlaat. Het indienen van de stukken nr. 2 en nr. 3 verdraagt zich niet met steun aan de mo tie van de heer Welschen. De heer CRUL: In algemene zin zou ik er nog op willen dat naar ik meen dit jaar voor het eerst bij de begrotingsbehandeling door de meerderheids fracties amendementen zijn ingediend. Dit valt toe te juichen, maar het is jammer dat een en ander zo laat bekend is geworden en dat niet ónze methode van elkaar informeren is gevolgd, waardoor een be tere afweging van zaken had kunnen plaatsvinden. De dekking die nu ineens tevoorschijn wordt "geto verd" maakt een enigszins onwaarachtige indruk. Er wordt geld vrijgemaakt terwijl we in feite nu al weten dat dat niet kan omdat dat geld zeker voor andere, nu onvoorziene, uitgaven nodig zal zijn. Wanneer wij een dergelijke dekking voor on ze voorstellen zouden hebben aangegeven, zouden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 2085