18 NOVEMBER 1976.
2148
compenseren bij de tennistarieven. Eén van de doel
stellingen van het college is dat sport toegankelijk
voor iedereen moet zijn, hetgeen inhoudt dat ieder
een de tarieven moet kunnen betalen. Wanneer de
suggestie van de heer Martens zou worden overgeno
men, zou dit kunnen leiden tot een barrièreverho
ging voor de tennissport, die juist op weg is een
sport voor iedereen te worden.
De heer MARTENS: Ik had mij niets anders voor
gesteld dan dat de heer Lambregts en de wethouder
het met mij over de tennissport niet eens zouden
zijn. Ik zou echter gaarne eens een overzicht zien
waaruit blijkt in welke categorie van mensen de
groei van het aantal tennissers met 10 te vinden
is. Uit persoonlijke ervaring weet ik dat zich bij
het toetreden tot tennisverenigingen nogal wat pro
blemen voordoen en ik heb de indruk dat vele men
sen die het in onze samenleving niet zo breed heb
ben bijzonder veel moeite hebben om aan deze sport
te gaan deelnemen. Ik sprek dan nog niet eens over
de paardensport, de roeisport of het cricket, waar
aan nog veel hogere contributies verbonden zijn.
Ook ik heb informatie over de tariefverhoging
van 1,50 voor de gymzalen ingewonnen. Gebleken
is dat de verenigingen zich aan deze verhoging geen
buil zullen vallen, omdat deze inderdaad op 5 of
6 cent per lid neerkomt. Als men het percentage van
17,5 ziet, krijgt men de indruk dat er een forse
verhoging in het spel is, maar omgerekend per spor
ter blijken de extra kosten een kwestie van centen
te zijn.
Wethouder VAN GRAAFEILAND: Het is inderdaad
bedroevend dat vrijwel alle tennisverenigingen een
ledenstop hebben ingesteld. De oorzaak daarvan is
dat de tennisaccommodatie in geheel Breda onvol
doende capaciteit heeft. Wij zullen trachten een
en ander budgettair in te passen. Ik zou er nog op
willen wijzen dat de contributies voor het tennissen