2190 9 DECEMBER 1976 de binnenstad en de militaire terreinen geen goe de alternatieven vormen. De militaire terreinen zijn slechts met kleine porties en voor heel veel geld te verwerven, terwijl de mogelijkheden voor bouw zoals wij die ons voorstellen, zeer beperkt zijn. De binnenstad zelve biedt onvoldoende moge lijkheden voor gedifferentieerde woningbouw. Ieder weldenkend mens moet met ons tot de conclusie ko men dat er op dit ogenblik geen bruikbaar alterna tief is. Over de omvang en de groei van Breda heeft mijn fractie in de raadsvergadering van 24 april 1975 al het nodige gezegd. De daarover verschenen rapporten en publikaties zijn toen door mij ge noemd. De C.D.A.-fractie heeft haar mening vast gelegd in de nota "Haagse Beemden met beide benen op de grond"zodat ik mij ontslagen acht van de verplichting deze mening te herhalen. Toen al heb ben wij aangetoond dat er voortdurende en toene mende druk op West-Brabant wordt uitgeoefend. Toen al hebben wij betoogd dat het een kwestie van so lidariteit met de randstadbewoners is mee te wer ken aan een ontlasting van het randstedelijk ge bied. Overloop uit de randstad is geen nieuw ge geven; we kennen dat verschijnsel al jaren. Als de minister te kennen geeft dat hij alles zal doen om deze overloop niet uit de pan te laten rijzen maar dat hij enkele jaren nodig zal hebben om ook ande re delen van Nederland zwaarder met die overloop te kunnen belasten, dan dienen wij, vind ik, uit menselijke overwegingen aan dit beleid mee te wer ken. Men kan de vraag stellen: voor wie bouwen we in de Haagse Beemden eigenlijk? Het antwoord is simpel: we bouwen in de Haagse Beemden om mensen van alle maatschappelijke groeperingen in een menswaardige woning en in een woonomgeving volgens onze huidige begrippen te laten wonen. Als dat kan, komen daarbij onze Bredase mensen op de eerste plaats, want we kennen nog altijd grote woningnood en woonnood in onze stad. De cijfers liegen er

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 2190