222 12 FEBRUARI 1976 wishfull thinking! dat hij heeft gezegd dat hij de maatschappijvisie van zijn fractie niet in deze nota terugvindt. Hebt u dat gezegd, mijnheer Visser? De heer VISSER: Ja, maar niet alleen dat! De heer HENDRIKSEN: De conclusie die ik ver leden maand heb getrokken blijft dan in ieder ge val overeind staan: de cultuurnota is duidelijk een V.V.D.-nota waarin, uitgaande van de libera le maatschappijopvatting, enkele uitgangspunten, criteria en doelstellingen worden geformuleerd, die een bepaalde vorm van cultuur bestendigen en in het voordeel brengen. Wij hebben de laatste tijd voor andere vormen van cultuur gepleit. Zo hebben wij aandacht gevraagd voor bewustmaking, voor het brengen van cultuur naar de wijken en naar mensen die de laatste jaren eigenlijk tekort gekomen zijn,alsmede voor een betere spreiding van geldmiddelen en mogelijkheden. De heer Visser heeft eigenlijk gezegd dat hij dit alles niet in de cultuurnota terugvindt, naar aanleiding waar van bij mij de grote vraag rijst waarom al deze aspecten van de cultuurnota niet in discussie zijn gekomen. Waarom is van de kant van het C.D.A dan niet geprobeerd tot een tekst te komen die misschien dichter bij de C.D.A.-maatschappijvisie en wellicht ook iets dichter bij onze visie had gelegen? Vervolgens heeft de heer Visser gezegd dat hij niet begrijpt waarom "links" niet tegen dit voorstel is. Bij de behandeling van de cultuur nota hebben wij gezegd dat wij zeer goed beseften dat er aan de uitwerking van de cultuurnota din gen vast zaten die deels in ons programma stonden deels binnen onze criteria zouden kunnen worden opgevangen. Met betrekking tot bepaalde punten, bijvoorbeeld de artotheek, zo hebben wij betoogd, zou zakelijk overeenstemming tot stand kunnen ko men. Op grond daarvan zou men het daarover eens kunnen zijn, zonder dat direct de nota daarbij in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 222