9 DECEMBER 1976
2239
even de vraag stellen wat wij vandaag eigenlijk
doen. Aan de raad is voorgesteld te besluiten dat
het gebied Haagse Beemden^oost zal worden bebouwd,
met inachtneming van de kwaliteit die in het ter
tafel liggende structuurplan is neergelegd. De
financiële consequenties van dit voorgestelde be
sluit zal de gemeente Breda naar het oordeel van
dit college zeker aankunnen. Er wordt vandaag geen
besluit meer genomen over de alternatieven, waar
van ik eerlijk moet zeggen dat de fracties van
P.v.d.A. en P.P.R. erover blijven zeuren. Met de
alternatieven is door een collegebesluit afgere
kend en ik geloof dat het niet verstandig is daar
op terug te komen. Ik wil alleen nog zeggen dat de
fracties van P.v.d.A. en P.P.R.wanneer zij hun
heil zoeken in de redenering dat de alternatieven
ongemotiveerd in de steek zouden zijn gelaten,
naar mijn mening opgelijk hebben. Er is indertijd
een duidelijk motief gevonden op grond waarvan we
bepaalde dingen achterwege zouden laten.
Er zijn drie "mitsen" in het geding. De eer
ste "mits" is van kwalitatieve aard en heeft be
trekking op het plan. De tweede "mits" is van fi
nanciële aard en heeft betrekking op de vraag of
wij de geldelijk inspanningen aankunnen. De derde
"mits" is geïntroduceerd in een motie van een
raadslid die nu een collega-wethouder van mij is;
deze "mits" heeft betrekking op de welzijnsvoor
zieningen
Aan de kwalitatieve "mits" is naar mijn me
ning ondanks opmerkingen van de heer Houben en
vragen van de heer Ten Wolde volledig voldaan. Ik
geloof dat wij door het ter tafel liggende plan
uit te voeren en dan gaat het niet over trots
niet alleen een stuk Breda in kwaliteit kunnen
verrijken, maar bovendien kunnen proberen in Ne
derland niet uit prestige-overwegingen te
laten zien hoe het anders zou kunnen.
Vervolgens iets over de financiële "mits".
Zoals men weet kunnen wij dank zij twee soorten
subsidie van de minister de raad een aanvaardbaar