2301 16 DECEMBER 1976. Houtmarkt een welkome aanvulling kan worden gevon den op de verkoopvloeroppervlakte in het kernwinkel apparaat, wat nu metterdaad gaat gebeuren. De twee de opdracht aan het college luidt dat dit project zo veel mogelijk met woonbebouwing gepaard moet gaan. Gezien deze twee uitgangspunten kan toch nie mand in deze raad ook de heer Houben niet ontkennen dat de plannen voldoen aan hetgeen we ons ten doel hadden gesteld. Met de situatie ter plaatse is nog iets anders verbonden, dat eveneens door een gemeenteraadsbe sluit van 8/9 maart wordt gedekt. We zijn namelijk bezig het doorgaand verkeer uit de binnenstad te weren. Tijdens de discussie in het Turfschip, waar in de heer Van Duijl op dit punt een groot aandeel had, hebben we geconstateerd dat door vernauwing van tracé's in de binnenstad het doorgaand verkeer kan worden uitgebannen; tegelijkertijd zouden ver keersbeperkende maatregelen moeten worden genomen. Hiermee heb ik de "scope" van het hele plan gegeven: het opvullen van gaten in de binnenstad volgens door de raad bepaalde uitgangspunten, het versterken van het verkoopvloeroppervlak in het kernwinkelapparaat, het pogen daaraan een woonbe stemming toe te voegen en tegelijkertijd het uitban nen van het doorgaand verkeer. Het is mij volstrekt duidelijk dat de heren Lambregts, Ten Wolde en Van Duijl namens hun fracties hebben gezegd dat de voor stellen in dit licht bezien toe te juichen zijn; het is mij echter volstrekt onduidelijk waarom de heer Houben namens de fracties van P.v.d.A. en P.P.R.sprekend over deze vier voorstellen, het woord "onzin" heeft gebruikt. Natuurlijk is alles wat we in Breda en in de binnenstad doen, niet tot genoegen van alle 118.000 inwoners. Ik vind het volstrekt begrijpe lijk dat sommigen hun stem laten horen, enerzijds over de verkeersbeweging op de Karnemelkstraat, an derzijds over de bewinkeling op de Houtmarkt. La ten we niet de indruk wekken -- die misschien de heer Houben niet gewild heeft doen ontstaan dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 2301