16 DECEMBER 1976. 2314 li komen kleinschalige elementen, zodat ik ter gerust stelling van de heer Houben kan constateren dat het eer project in de binnenstad past. tad Ik ben erg blij met de toezegging van de wet erd. houder over het "open oog" voor de problemen die de n neringdoenden aan de Houtmarktzijde zouden kunnen en krijgen. Ook ben ik gelukkig met de toezegging over het politie-optreden. Dit laatste lijkt een minder eer belangrijk aspect, maar als we de wederzijdse be jk- vruchting van de twee kanten van de Houtmarkt in nt- stand willen houden, is het voorkomen van ongewens oet te ontwikkelingen in de galerij zeer gewenst. De heer TEN WOLDE: Het verheugt mij bijzonder dat de wethouder heeft toegezegd al het mogelijke e- te zullen doen om de noordzijde van de Houtmarkt - een goed klimaat te garanderen. Daarnaast zou ik willen zeggen dat ik een be oe- paalde opmerking van de heer Houben, waardoor ik mij sterk voel aangesproken, niet kan begrijpen. In uit t gebreide discussies met de betrokkenen is ons ge bleken dat er problemen in externe zin aan de orde waren, in het bijzonder ten aanzien van de noordzij ro- de van de Houtmarkt, alsmede ten aanzien van de in richting van de zuidzijde van de Houtmarkt. Ik be - grijp dan ook niet dat de heer Houben ons ervan be r- schuldigt dat wij de opinies van de middenstanders e niet serieus zouden nemen, in welk verband ik erop wil wijzen dat er ter plaatse ook middenstanders zijn die zich in het nieuwe pand gaan vestigen; ik rd o- heb daar een bewijs van. het De heer HOUBEN: Ik heb ook gesproken over de in- verkeerssituatie die voor de middenstanders aan de Houtmarkt problemen op het gebied van laden, lossen en voorrijden kan oproepen. De heer TEN WOLDEDe heer Houben moet in de commissievergaderingen luisteren, want daar is ge zegd dat er voortdurend overleg met de betrokkenen nd is over de inrichting van de verkeerssituaties. Ook

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 2314