16 DECEMBER 1976.
2316
van de heer Houben heb gezegd. Ik heb het niet over
traditionele winkeliers sec gehad, maar ik ben in
gegaan op mensen die daar per traditie gevestigd
zijn en zich bij deze gang van zaken betrokken voe
len. Wij hebben daar begrip voor gehad en er is met
die mensen gepraat. Aan de orde is dan vervolgens
de vraag hoe hetgeen we willen tot stand komt. In
het belang van de stad Breda hebben we geprobeerd
een proces op gang te brengen. We hebben met be
zwaarden gepraat en er zijn de heer Ten Wolde
heeft het zojuist gezegd compromissen bereikt
ten aanzien van de verkeerssituatie, op het gebied
van laden en lossen en terzake van de bereikbaar
heid voor het openbaar vervoer. Ik meen dat mag
worden geconstateerd dat hier in samenspraak met
bewoners een groot goed is bereikt. We zullen al
tijd moeten erkennen dat de slotsom van een derge
lijk proces nooit kan zijn dat er over de benade
ring van het geheel 100 unanimiteit is. We zullen
moeten erkennen dat er altijd mensen zijn die zich
zelf schade berokkend willen zien. Daarvoor moeten
we begrip hebben, maar op een gegeven ogenblik zul
len er, zoals de Lambregts heeft gezegd, besluiten
moeten worden genomen. Dat is het wegingsproces
waar de raad zich toe geroepen voelt.
De heer Houben heeft de verkeerssituatie in de
Chassébuurt erbij gehaald en in dat verband gespro
ken over verkeersongelukken waarbij kinderen betrok
ken zijn. Ten aanzien van de besluitvorming die
vanavond aan de raad wordt voorgelegd vind ik dat
een oneigenlijk en bijna onsmakelijk argument. Ik
acht het niet juist dat dit argument wordt geïn
troduceerd en ik hoop dat we van de fracties van
P.v.d.A. en P.P.R. mogen vragen dat zij ondanks be
grijpelijke bezwaren tegen een deel van de voorstel
len de plannen op hun juiste merites beoordelen, me
de aan de hand van een positieve benadering en met
begrip voor allen die door de uitvoering van de
plannen moeilijkheden zouden kunnen ondervinden.
De VOORZITTER: Ik geloof dat wij nu tot