16 DECEMBER 1976.
2348
voldoende met interrupties gewerkt.
De heer EISSENSEr mag geen misverstand over
bestaan dat ik het gesprek in de medezeggenschaps
commissie uiterst belangrijk vind. Omdat hier ech
ter de fundamenten van het personeelsbeleid in het
geding zijn, meen ik dat de materie een veel breder
gebied beslaat dan alleen dat van het energie- en
waterbedrijf. Als het zo ver zou komen dat er men
sen afvloeien, moeten er mogelijkheden bij andere
bedrijven worden gezocht. Ik ben van mening dat der
gelijke aspecten moeten worden onderzocht, voordat
er met de betrokkenen zelf wordt gesproken. Dat is
mijn bedoeling.
Wethouder SANDBERG: Als ik de dingen te een
voudig taxeer, zal daaraan de omstandigheid dat ik
niet dagelijks met deze materie verkeer, niet vreemd
zijn. Mijns inziens is er ten aanzien van de ver
schillende overlegsituaties een duidelijk verschil
in structuur. De commissie personeelszaken is in
eerste instantie een orgaan dat het college van bur
gemeester en wethouders adviseert. Het spreekt van
zelf dat het college zich over te nemen stappen door
de commissie personeelszaken laat adviseren. Ik
hoop dat we kunnen volstaan met de afspraak dat ik
over deze kwestie contact opneem met mijn collega
De Raaff, waarna hij er ongetwijfeld zeer snel in
de commissie personeelszaken op zal terugkomen. Ik
kan toezeggen dat er in de commissie personeelsza
ken over deze situatie zal kunnen worden gesproken
en dat door die commissie een advies kan worden uit
gebracht over de te volgen handelwijze.
De heer EISSENSAls dat gebeurt voordat de
medezeggenschapscommissie wordt ingeschakeld ga
ik ermee akkoord
De VOORZITTER: Dames en heren. Zou ik mogen
concluderen dat de motie die vóór de schorsing is
ingediend, is ingetrokken?