16 DECEMBER 1976. 2384 in het college en in de raad aan de orde zal komen. Ik heb daarbij aangetekend dat ik heb vernomen dat volgens dit voorstel het bedrag van 90.000, aan de Spoorbuurt ten goede zou moeten komen. Ver der gaat het niet. De heer HENDRIKSEN: Dan zou ik graag willen weten hoe snel dat komt. Tot slot zou ik nog één keer een beroep op de raad willen doen ons voorstel te steunen. De raad zou vanavond de politieke wil moeten tonen om een structurele aanpak van de Spoorbuurt te gaan opstar ten en om de relatie van het gemeentebestuur met een flink aantal in deze buurt woonachtige burgers van Breda vast te houden en verder uit te bouwen. Mevrouw VAN ROOIJ-VAN DEN HEUVEL: Uit mijn opmerkingen in eerste termijn zal zijn gebleken dat er ook bij ons een aarzeling was, maar dat we gewaarschuwd zijn. We willen allemaal hetzelfde, maar onze methodiek is anders. Het is volkomen duidelijk dat ook wij iets willen doen, want we hebben niet voor niets een begrotingswijziging ten bedrage van 90.000,tot stand gebracht. Tot mijn vreugde heb ik nu vernomen dat dit bedrag naar de Spoorbuurt zal gaan. Er zijn méér buurten in Breda die iets nodig hebben en ik heb gevraagd voor één van de oude woonbuurten geld uit te trek ken; vanavond heb ik gehoord dat de Spoorbuurt hiervan gaat profiteren. De heer TEN WOLDE: De heer Hendriksen heeft ons verweten dat wij geen politieke wil zouden to nen, maar ik wil er nog eens op wijzen dat uit het beschikbaar stellen van 90.000,-- onze politieke wil is gebleken. De fracties van P.v.d.A. en P.P.R. hebben daar niet voorgestemd De heer HENDRIKSEN: Ik zal in tweede termijn heel kort reageren. De heer TEN WOLDE: Ik moet mijnerzijds iets

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 2384