248 12 FEBRUARI 1976 De heer VAN ASSELDONK: De heer Oomen gebruik te het argument dat de gemeente financiële mid delen aan de B.C.V. beschikbaar stelde. Dat argu ment sprak mij niet aan. De VOORZITTER: Had de heer Oomen zijn betoog ongeveer beëindigd? De heer OOMEN: Nee, ik vraag u permissie een persoonlijke bijdrage te leveren, juist na de woorden die tot nu toe gezegd zijn en waardoor ik mij emotioneel geraakt voel. Als het mag, ga ik daarmee verder'. Met betrekking tot het financiële aspect wil ik erop wijzen dat het niet onze bedoeling is op welke manier dan ook bij de verlening van een volgende subsidie voor het carnaval dit punt als criterium te gebruiken. Dat is niet gezegd en het is ook niet de bedoeling. De opmerkingen die de heer Van Asseldonk aan het begin van deze discussie heeft gemaakt, vond ik eerlijk, waarbij ik aanteken dat ik hem altijd een eerlijk man heb gevonden. Hij heeft gezegd dat hij zich soms bij de P.v.d.A. voelt horen. De heer Van Asseldonk maakt deel uit van de V.V.D in Breda en dat is lang niet altijd hetzelfde als de landelijke V.V.D. Ik zou soms willen dat hij zich meer bij bijvoorbeeld de Engelse libera len zou voelen horen. Ik voel mij soms echt wel liberaal De heer DEES: Ik zou willen dat u wat meer op de Duitse socialisten leek! De heer OOMEN: Toen de heer Dees en ik enke le jaren geleden samen in het politiek jongeren contact zaten, was het al zeer duidelijk dat hij en ik wat dat betreft bepaald niet overeenstem men. De heer DEES: Toen was u nog K.V.P.-er! De heer OOMEN: Ik kom daar nog op, u bent te vroeg! Ik heb aangekondigd dat ik een zeer per-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 248