12 FEBRUARI 1976 251 zaak vormt. Om deze reden zouden mevrouw Koek en ik willen verzoeken om de aantekening dat wij ge acht willen worden te hebben tegengestemd. De heer VISSER: Ik neem aan dat mijn fractie voor het grootste gedeelte vóór het voorstel zal stemmen. Ik zelf zal dit nu niet doen, hoewel ik in de commissie en bij de behandeling van het vo rige agendapunt heb aangekondigd dat ik het voor stel zou steunen. Door de argumentatie van de heer Oomen ben ik echter zo verschrikkelijk ge schrokken, dat ik niet meer van plan ben voor te stemmen. De VOORZITTER: Het lijkt mij nu het beste dat over het voorstel wordt gestemd. Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt hierna in stemming gebracht en met 33 tegen 3 stemmen aangenomen. VOOR hebben gestemd: de heren Van Asseldonk, Dreef, Hendriksen, Gielen, Martens, Van Graafei land, Broeders, Sandberg, Geene, Lambregts, Brum- melkamp, Koertshuis, Ten Wolde, Van Banning, Vee- lenturf, Houben, Kaarsemaker, Kramer, Beckers, Welschen en Crul, mevrouw Van Rooij-van den Heu vel, de heren Suurmeijer, Taks, Eissens, Goos en Van den Wijngaard, mevrouw Stutterheim-Edeling de heren Jongeneel, Van Duijl, Oomen, Van Dongen en Van Dun. TEGEN hebben gestemdmevrouw Koek-van Mer- kom, de heren Visser en Dees. 2a. ONDERZOEK VAN DE GELOOFSBRIEF, INGEZONDEN DOOR V. MUNTJEWERFF GEBOREN VAN DEN HUL, BIJ BESLUIT VAN DE VOORZITTER VAN HET CENTRAAL STEMBUREAU VOOR DE VERKIEZING VAN DE LEDEN VAN DE GEMEENTERAAD D.D. 2 FEBRUARI 1976 BE NOEMD TOT LID VAN DE GEMEENTERAAD VAN BREDA. De VOORZITTER: Met instemming van de voor zitter van de commissie tot onderzoek van de ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 251