256
12 FEBRUARI 1976
hebben geschoven. Ik zou mij dan ook kunnen voor
stellen dat b.en w. de subsidie in dat licht zien
Graag zou ik hieromtrent duidelijkheid willen heb
ben.
Het enthousiasme van de initiatiefnemers
van De Pluu is ons allen bekend. In en buiten de
raadzaal heeft men ons op fijne en onderhoudende
manier duidelijk willen maken wat men tekort kwam
Het moet de C.D.A.-fractie van het hart dat zij
enigszins geschrokken is van het informatieblad
de Pluupraat dat men nu pas het licht heeft
doen zien. De mensen die met het bestuur van De
Pluu hebben gesproken, bespeuren in dit blad een
tendens die zij nooit eerder hebben ontdekt, na
melijk een zeer eenzijdige benadering van een
aantal problemen. Naar ons gevoel kan en mag dat
beslist niet de opzet van De Pluu zijn.
In het reeds genoemde enthousiasme van de
initiatiefnemers hebben wij alle vertrouwen, maar
ook zij hebben uiteraard niet het eeuwige leven.
Hoe ziet het college de continuïteit van De Pluu?
In dit kader zou ik een vraag willen stellen die
hier direct mee te maken heeft. Wij weten allen
dat de relatie Pluu/jeugd- en jongerencentrum in
het verleden zeer innig was. Voorts is het bekend
dat het J.J.C. daar zijn steentje toe heeft bij
gedragen. Hoe is deze verhouding in de toekomst?
De heer KOERTSHUIS: Zeer moeizaam verloopt
de realisering van een open jongerencentrum in
Breda. De oorzaak hiervan ligt geheel bij het mi
nisterie van C.R.M. dat vooralsnog niet bereid is
gebleken een open jongerencentrum te subsidiëren,
ondanks de sterke aandrang die onder andere in
een persoonlijk gesprek met de staatssecretaris
is uitgeoefend. Dit alles is de onplezierige doch
keiharde werkelijkheid. Leek het er twee a drie
maanden geleden op dat door het ontbreken van be
reidheid bij het ministerie de totstandkoming van
een dergelijk centrum in Breda geen feit zou wor
den, thans ligt een voorstel ter tafel dat de mo-