12 FEBRUARI 1976
293
zijn overgeheveld. Wanneer men hier nog verder
mee zou gaan en ook taken en bevoegdheden aan de
wijken zou overdragen, is het beslist niet denk
beeldig dat hierdoor de eenheid van bestuurlijk
beleid in gevaar zou kunnen komen. In het verle
den zijn op dit gebied allerlei gedachten geop
perd; zo heeft men overwogen het gehele cultuur
beleid maar in een bestuurscommissie onder te
brengen. Wanneer men deze ontwikkelingen zowel
territoriaal als functioneel zou doorzettenzou
dit in het extreemste geval kunnen beteken ik
zeg dit bewust ter illustratie dat een gemeen
teraad niet veel meer te doen heeft en eigenlijk
alleen maar een doorgeefluik van financiën is.
Uit een oogpunt van eenheid in het gemeen
telijk beleid waarin men zeker gezien de be
perkte middelen steeds tot een juiste afweging
van prioriteiten moet komen, zijn wij van mening
dat men met de overdracht van bevoegdheden uiter
mate voorzichtig en terughoudend moet zijn.
De drie elementen die ik heb genoemd, lei
den er voor ons toe dat wij geen steun aan de mo
tie van de heer Crul kunnen verlenen.
De heer BECKERSNaar aanleiding van het
gloedvolle betoog ter elfder ure van de heer Dees
zou ik een opmerking willen maken over de moge
lijkheden tot decentralisatie van macht en over
dracht van bevoegdheden aan de burgers. De gelui
den die ik vanavond helaas moet vernemen lijken
nogal somber, maar desondanks is er één lichtpun
tje. De heer Dees vindt de schaal van Breda te
klein voor territoriale decentralisatie. Giste
ren is Breda aangewezen als groeistad, zodat er
nog hoop is dat wij ooit eens de omvang zullen
bereiken waarbij deze decentralisatie toch moge
lijk wordt.
De VOORZITTER: En daar werkt u naar ik aan
neem verder aan mee
De heer OOMENWij hebben niet alleen het