8 MAART 1976 306 nodig dat men zich steeds afvraagt: wie "spreekt in" voor wie, waarover, wanneer en hoe? Ook is het goed bij inspraakdat vloeit voort uit mijn vori ge opmerkingen onderscheid te maken tussen gro te lijnen en details. Ik denk dat het onjuist is te veronderstellen dat één bepaalde procedure op alle gevallen kan worden toegepast. Ik denk dat er veeleer gezamenlijk naar de beste methode voor een bepaald geval moet worden gezocht. Bovendien moeten wij er rekening mee houden dat een grote groep burgers volstrekt geen behoefte aan inspraak heeft, maar het voldoende vindt te worden geïnfor meerd Wanneer men achteraf de gehele inspraakpro cedure overziet, moet men constateren dat de inte resse van de bevolking in de beginfase niet erg groot was. De inspraak kwam er hoofdzakelijk op neer dat enkele groepen hun wensen formuleerden en ter kennis van het gemeentebestuur brachten. In een latere fase was er sprake van een groeiende belangstelling. Door de aanpak van de St.A.R. is duidelijk gebleken dat het mogelijk is zelfs met bescheiden middelen de bevolking te activeren en te motiveren. Mijn fractie wil haar grote waarde ring voor de inzet van de St;A.R. uitspreken. Het is onjuist te suggeren zoals de initiatiefgroep inspraak in het "gele boek" doet dat er van in spraak nauwelijks sprake zou zijn geweest en dat de inspraak, voor zover zij heeft plaatsgevonden, als mislukt zou moeten worden beschouwd. Ik heb er bezwaar tegen dat de 120 mensen die in de Schouwburg een enquêteformulier invulden worden beschouwd als dé representanten van de Bredase be volking. Ik heb er ook bezwaar tegen dat men mani puleert met meningen, zoals bijvoorbeeld op blz.9 van het gele rapport. Men kan "goed" en "gedeelte lijk goed" met even veel recht bij elkaar optellen als "gedeeltelijk goed" en "slecht", maar het zal duidelijk zijn dat de uitkomsten volkomen verschil lend zijn en een geheel ander beeld geven. Onze fractie gaat dan ook liever op eigen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 306