308
8 MAART 1976
gend een politiek belang dienen. Dat kan de wetge
ver nooit hebben bedoeld en bovendien overstijgen
de problemen die ons worden voorgelegd verre de
politieke belangen.
In het preadvies noemt het college de voor-
en nadelen van de wettelijke maatregelen die zou
den kunnen worden genomen. Daarbij constateren b.
en w. in feite twee dingen: 1de bestaande wetten
zijn onvoldoende om het doel te bereiken; 2. de
gemeente is op dit ogenblik niet in staat de beno
digde financiën op te brengen om aan de wettelijke
maatregelen inhoud te geven.
Het is een utopie te veronderstellen dat dit
gigantische project ooit zal kunnen worden uitge
voerd, als het particulier initiatief zou worden
uitgeschakeld. De rijksoverheid worstelt met grote
begrotingstekorten, hetgeen zeker van invloed zal
zijn op de hoogte van de noodzakelijke subsidies.
De eigen gemeentebegroting is belangrijk ongunsti
ger dan wij veronderstelden, hetgeen ook van in
vloed zal zijn op de binnenstadsinvesteringen.
Mijn fractie is dan ook van mening dat alle krach
ten moeten worden gebundeld en dat een ruime plaats
moet worden ingenomen door het particulier initia
tief, wil dit project ooit kunnen slagen. In dit
verband wil ik beklemtonen dat mijn fractie geen
steun zal verlenen aan particuliere initiatieven
die duidelijk in strijd zijn met onze opvattingen
over de binnenstad. Wij zijn het met het college
eens dat ieder initiatief dient te worden getoetst
aan de doelstellingen en moet worden beoordeeld op
de financiële haalbaarheid.
Wij steunen het voornemen van het college om
wettelijke maatregelen op praktische uitvoerbaar
heid te onderzoeken, waarbij onze voorlopige con
clusie is dat artikel 56 van de woningwet het meest
effect zal sorteren, totdat ons betere mogelijkhe
den ter beschikking staan. Hoewel wij willen aan
tekenen dat op deze manier in feite oneigenlijk
gebruik van dit wetsartikel wordt gemaakt, steunen
wij de gedachte dat aan de minister toestemming