8 MAART 1976
352
gedrongen dat dit niet kan. Ik vind dit beneden
de maat en ik geloof dat aan mijn verzoek zou
moeten worden voldaan. Als mevrouw Van Rooij nu
haar betoog wil vervolgen, zullen wij direct kij
ken wat ervan terecht komt.
(Op de publieke tribune worden plakkaten
vertoond met de volgende teksten:
"Van Dun handlanger van het kapitaal"
"inspraak STAR Van Dun slopen
BKK"
Mevrouw VAN ROOIJ-VAN DEN HEUVEL: Er is
echter méér: een evenwichtige vervlechting van
functies, het wonen, het werken, het winkelen,
de horeca-sectorde aanwezigheid van sociaal-
culturele voorzieningen en de dienstverlening
vormen het totaalpakket dat van de binnenstad een
levend geheel maakt. Het is onzes inziens dan ook
niet juist de vraag "Breda, woonwijk of city?" te
stellen, zoals de progressieve fracties doen. Het
specifieke genoegen van het wonen in de binnen
stad hangt ten nauwste samen met het aanwezig
zijn van een veelheid van functies die wij in an
dere woonwijken niet vinden.
Over een instrumentarium dat nodig is om
het binnenstadsproject tot een goed einde te
brengen heeft mijn fractievoorzitter reeds ge
sproken. Ik zou hier nog een enkele vraag aan
willen toevoegen. In het preadvies staat dat het
college met Monumentenzorg in overleg wil treden
om te bezien in hoeverre het reëel is te streven
naar uitbreiding van het beschermd stadsgezicht
binnen de city-ring. Wanneer willen b. en w. dit
overleg openen? Bestemmingsplannen moeten daar
eventueel op afgestemd zijn. Houdt het college
de commissie voor ruimtelijke ordening van de
gang van zaken op de hoogte en betrekt het de
ze commissie bij zijn standpuntbepaling?
Eén van de gelijkwaardige elementen waar
over ik hiervóór sprak, is de laatste decenniën
in de binnenstad het meest in de verdrukking ge-