8 MAART 1976 363 ze mening aanwezig is. Men stelt voor gebruik te maken van zgn. "platformbusjes" als vervoermiddel tussen de parkeerterreinen en de binnenstad. Daar naast wijst men het parkeren op de kleinere par keerterreinen niet geheel af, zij het onder voor waarden. Mijn fractie ziet in de platformbus geen oplossing, omdat de Bredase binnenstad te eng is om zelfs gedeeltelijk op het voetgangersdomein voor deze vorm van vervoer te kiezen. Daarnaast is de platformbus vrij kostbaar, zij het dat het rap port uitgaat van een sluitende exploitatie, waar bij dan voor de grote parkeerplaatsen wèl een par keertarief geldt. Overigens hebben wij de cijfers in het rapport onvoldoende kunnen bestuderen. Ons valt op dat van een vrije parkeerplaats geen spra ke meer kan zijn in de singelbinnenring, een op vatting die wij niet geheel delen. Tot zo ver onze reactie op dit rapport. Dit betekent echter niet dat het hiermee is afgedaan. Het rapport kan een waardevol gegeven vormen op de weg naar een definitieve vormgeving in onze bin nenstad. Met betrekking tot het openbaar vervoer is mijn fractie van mening dat op de ontwikkelingen die gaande zijn moet worden ingespeeld teneinde ervoor te zorgen dat deze vorm van vervoer de functie kan vervullen die ervan zal worden ge vraagd. Ten aanzien van de binnenstad betekent dit dat het openbaar vervoer de mogelijkheden moet bieden om de binnenstad snel en op de juiste wijze te bereiken. Twee belangrijke punten zijn naar on ze mening Karnemelkstraat/Oude Vest en Gedempte Haven/ Markendaalseweg. Wij denken hierbij ook aan de interlokale bussen. Om een aanzet te geven stellen wij het college voor zo snel mogelijk op experimentele basis uitvoering te geven aan het geen in punt 28 van het preadvies wordt vermeld. Hetzelfde geldt voor punt 35 van het preadvies. Een en ander houdt in dat zo snel mogelijk aan dacht moet worden besteed aan de beide oversteek plaatsen, tezamen met de busverbindingen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 363