8 MAART 1976
368
men voorop moeten stellen, terwijl men voorts
de heer Van Duijl heeft het al gezegd een in
tensief parkeerbeleid voor het gebied tegen het
stadshart aan zal moeten voeren. Dit zijn essen
tiële voorwaarden op korte termijn.
De woonfunctie in de gebieden om het bin
nenstadshar t heen schuiven wij niet zo maar van
tafel. Het is niet aan mij deze functie op dit
ogenblik te verdedigen; mijn collega mevrouw Van
Rooij heeft hierover naar ik meen duidelijke woor
den gesproken. Natuurlijk zullen er wel eens con
flictsituaties ontstaan, maar ik meen dat ook
hier een afwegingsproces op zijn plaats is. Voor
de C.D.A.-fractie is dan ook, in tegenstelling
tot voor de fracties van P.v.d.A. en P.P.R., het
uitgangspunt: "binnenstad Breda city èn woonwijk".
Vervolgens iets over de Maxis-superstore
oftewel over concept-besluit nr. 46. Het zal dui
delijk zijn dat mijn gehele fractie het belang
van een goed detailhandelsapparaat in onze gehele
binnenstad onderkent. Wanneer echter de gevolgen
van een eventuele Maxis-vestiging op dit detail
handel sapparaat worden geprojecteerd, scheiden
onze geesten zich. Het merendeel van onze fractie
is van mening dat de mogelijke gevolgen moeten
worden onderzocht, voordat men een beslissing
neemt omtrent de vraag of een Maxis-vestiging al
dan niet gewenst is. Ik ben van mening dat deze
beslissing nu reeds moet kunnen worden genomen.
Waarom neem ik dit standpunt in? Voor al
le duidelijkheid wil ik er nog eens op wijzen dat
ik in de laatste commissievergadering een fractie
standpunt heb verkondigd. Waar is mijn "nee" te
gen de Maxis-vestiging nu op gebaseerd? Afgezien
van allerlei andere overwegingen wordt mijn be
langrijkste reden gevormd door de terugslag die
paraktisch alle neringdoenden in Breda en omgeving
bij vestiging van deze gigant zullen ondervinden.
Over dit winkelapparaat op grote schaal is zeer
veel geschreven en gediscussieerd. In Muiden kan
men zich zelf van de resultaten overtuigen. In