a MAART 1976
383
ver Jeroen Hendriksen al iets heeft gezegd. Men
kan zeggen dat de raad in de commissie voor al
gemene zaken hebben wij daar nogal eens over ge-
Sproken een functie in dit spel van krachten
heeft. Een kritisch volgen zou mogelijk moeten
zijn; ook tijdens de algemene beschouwingen is
daarop steeds geattendeerd. Thans blijkt dat
slechts bij zeer hoge uitzondering een afwijkende
inbreng van de fracties van C.D.A. en V.V.D. zicht
baar is. Wij menen dat men de functie van de raad
op een andere wijze zou moeten zien.
Er is iets dat mij nog niet geheel duidelijk
is. De heer Geene heeft gezegd dat hij een gene
reus aanbod heeft gedaan door voor te stellen dat
alle suggesties die van de zijde van P.v.d.A. en
P.P.R. zijn gedaan in de beschouwingen worden be
trokken. Dit is van betekenis. Als het de beteke
nis heeft dat onze suggesties uitdrukkelijk in de
zelfde mate als intentieverklaringen door het col
lege worden meegenomen en in feite door de raad
worden onderschreven, ontstaat er wellicht een
nieuwe situatie. Op dit punt bestaat geen duide
lijkheid; misschien kan er straks nog door één
van de sprekers van het C.D.A. op worden ingegaan.
Zoals reeds is gezegd, wordt een uitzondering
gevormd door de Maxis-vestiging, waarover zowel
door C.D.A. als door V.V.D. zeer druk wordt ge
daan. Ik ben van mening dat de heer Lambregts in
zekere zin wantrouwen jegens de wethouder van open
bare werken heeft uitgesproken. In de commissie
vergadering heeft deze wethouder ik heb dat een
"halleluja-lied" genoemd de loftrompet over Ma-
xis gestoken, waarbij hij alle registers heeft
opgetrokken. Hij heeft op dat ogenblik gezegd dat
de Maxis een trekker op alle terreinen
Wethouder VAN DUN: En ik had alles aan mijn
ambtenaren overgelaten! Het één of het ander!
De heer CRUL: Op bepaalde kritieke ogenblikken
bent u er wel eens ingesprongen. Dat doet u mees
tal wel. In ieder geval hebt u op dat punt uit-