8 MAART 1976 385 De heer CRUL: Dat is natuurlijk niet belang rijk. U vertegenwoordigt een zekere stroming en in zoverre is het van belang. Hoewel wij aan het wonen prioriteit nr.l geven, vinden wij de andere functies zonder meer noodzakelijk om in de binnen stad een leefbare situatie te creëren. Men weegt allerlei aspecten tegen elkaar af en men moet een keuze doen. Ik ben blij dat de heer Lambregts die keuze heeft gedaan en dat hij zo heb ik het tenminste begrepen ons standpunt inzake de Ma- xis-vestiging kan steunen. De heer TEN WOLDE: De heer Crul zegt nu te recht dat er een afwegingsproces tot stand moet komen en dat er in de binnenstad ook andere prio riteiten zijn. In dit verband wil ik graag op dit ogenblik van de heer Crul weten tegen welke al ternatieven hij de woonfunctie wenst af te wegen. Wij hebben een dergelijk afwegingsproces in het voorstel van het college teruggevonden. De heer CRUL: Waarschijnlijk doelt de heer Ten Wolde op de Maxis-vestiging of op de andere func ties in de binnenstad. Wij hebben met betrekking tot alle voorstellen die aan de orde waren de di verse aspecten tegen elkaar afgewogen. Het is dui delijk geworden dat de woonfunctie jarenlang in de kou heeft gestaan. Wanneer men weer eèn goede situ atie in de stad tot stand wil brengen, zal men aan "bijtrekken" moeten doen. Wij zijn niet tegen de vestiging van kleinschalige winkels in de Bosch straat, als deze zich met de omgeving en met de gehele wijkopbouw verdragen. Hetzelfde geldt voor andere straten. Ook met betrekking tot de parkeer- mogelijkheden en de verkeerscirculatie hebben wij allerlei aspecten tegen elkaar afgewogen om ook de middenstand aan zijn trekken te laten komen. Dit zal ook bij de besluitvorming blijken, zoals iemand die onze nota heeft gevolgd, duidelijk zal zijn. In het kort wil ik nog enkele opmerkingen ma ken over de sectoren 6 en 7Zoals wij in de com-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 385