8 MAART 1976 389 zierig is van Breda-Noord naar de stad te gaan. Wij vragen ons af of een goed bewoonbare Spoor- buurt niet een bijdrage tot een betere relatie zou kunnen zijn. Hiermee hangt natuurlijk samen dat hebben wij in ons algemeen amendement M tot uiting gebracht dat ook over de noordelij ke plangrenzen heen zou moeten worden geïnventa riseerd in hoeverre er een betere relatie tussen Breda-Noord en het hartje van Breda zou kunnen worden gelegd. De heer BRUMMELKAMP: Ik wil allereerst een persoonlijk standpunt met betrekking tot voorstel nr. 35 in het midden brengen. Dit voorstel houdt in dat het tracé Nieuwe Prinsenkade-Markendaalse- weg een functie voor doorgaand verkeer krijgt. Aan de wand van de vergaderruimte hangt een schets van een toekomstige situatie, waarin over de vol le lengte vier rijstroken aanwezig zijn. Ik wijs voorts op de situatie ter hoogte van de Zout- straat, waar juist de rijbaan tot vier rijstroken is verbreed. Ik zou willen vragen hoe dit te rij men is met het uitgangspunt van beperking van het doorgaand verkeer. Met het voorstel nr. 35 wordt vooruitgelopen op het verkeerscirculatieplan. Ik hoop dan ook dat de heer Geene hieruit de conse quentie trekt overeenkomstig het standpunt dat hij tijdens de algemene beschouwingen heeft uit eengezet. Mijn persoonlijk standpunt houdt in dat het onjuist is doorgaand verkeer op het tracé Nieuwe Prinsenkade-Markendaalseweg toe te laten. Hierdoor wordt de relatie tussen het toekomstige woongebied Leuvenaarstraat/Middellaan en het win kelcentrum op ontoelaatbare wijze bemoeilijkt. Voorts wordt de binnenstad in twee geïsoleerde delen gesplitst. Ik wijs voorstel nr. 35 dan ook af. Over de sectoren 4, 10 en 12 wil ik namens de federatie van fracties enkele opmerkingen maken. Wij wijzen voorstel nr. 32 af, omdat wij expedi tiewegen achter de Haagdijk onaanvaardbaar achten,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 389