8 MAART 1976
419
niets heb gezegd. De opmerkingen die tijdens de
inspraakprocedure zijn gemaakt hebben wij bij het
preadvies verzameld, niet om ze in de besluitvor
ming te betrekken, maar als een soort "pro memc-
riepost" opdat de raad van deze inspraakresulta
ten kennis kan nemen en ze bij de besluiten kan
gebruiken.
De heer Van Duiji heeft een gloeiend actu
eel onderwerp aangesneden, namelijk het parkeren
en de verkeerssituatie in de binnenstad van Breda.
Er is gevraagd hoe het gesteld is met de parkeer-
nota. Ik kan mededelen dat afgelopen vrijdag de
nota "Parkeren in de binnenstad van Breda" gereed
is gekomen. Ik vind het niet correct de raad daar
nu mee te overvallen. Nadat de nota in het colle
ge is besproken, zal zij op korte termijn aan de
raad worden aangeboden. Men kan de nota beschou
wen als een discussienota en de uitkomsten van de
aan de nota te wijden besprekingen zullen hun
plaats krijgen in het verkeerscirculatieplan. In
de nota die naar mijn smaak bijzonder belangwek
kend is, wordt langs een logische lijn geredeneerd.
Zonder dat de raad zich op het ogenblik met de in
houd hoeft te vermoeien wil ik daar een klein
voorschot op geven. Wij gaan uit van enkele be
sluiten die vanavond aan de raad worden voorge
legd: centraal staat het verkeersvrij maken van
een aantal straten in de binnenstad. Dit geldt
bijvoorbeeld voor de Gerardus Majellawijk aan
het adres van mevrouw Paulussen deel ik mede dat
hier een toezegging aan de wijk in het geding is
de Eerste en Tweede Markstraat, de Godevaert
Montensstraatde Van Goorstraat, de Dr. Van Mier-
lostraat en het Nonnenveldi Wij gaan ervan uit dat
de hiervoor bedoelde straten verkeersvrij worden
gemaakt. Een volgende stap zal zijn overigens
zijn de financiële consequenties van een en ander
nog niet voldoende doorgelicht dat men de vraag
stelt hoe dit alles moet worden verwezenlijkt.
Het is de bedoeling van het college intern te dis
cussiëren over het instellen van parkeerverboden