8 MAART 1976 420 en voor de bewoners over te gaan tot een vergun ningsstelsel. In het kader van dit vergunningsstel sel dient tot een verscherpte controle te worden gekomen, hetgeen mijns inziens inhoudt dat met de commissaris van politie en de directie van openba re werken over meer toezichtmogelijkheden moet worden overlegd. Door het parkeervrij maken van woonstraten ontstaat een grotere druk op andere parkeersituaties bij de binnenstad, hetgeen ik te vens aan het adres van de heer Lambregts mededeel. Dit betekent dat wij de parkeerplaatsen rondom de binnenstad financieel zwaarder zullen moeten be lasten teneinde een onevenredige druk tegen te gaan. Voorts hebben wij te kampen met de problema tiek de heer Van Duijl is daarop ingegaan dat wij bij wijze van spreken morgen maatregelen nemen maar dat er overmogen geen parkeergarages staan, zodat er tijdelijke parkeervoorzieningen gebruiksgereed moeten worden gemaakt, die ook hun nut in de toekomst kunnen hebben. Een belangrijke passage in de nota is gewijd aan het gebruik van de fiets in de binnenstad. In de nota wordt ervan uitgegaan dat er in de gehele binnenstad moet kunnen worden gefietst. De heer BECKERSIk maak bezwaar tegen de door de heer Van Dun gevolgde procedure. Op een bijeenkomst als deze gaat de heer Van Dun vaak "uitverkoop houden" door allerlei nieuws aan ons mede te delen. Ik heb daar enige moeite mee, omdat enkele onderwerpen in de commissievergaderingen die wij juist achter de rug hebben, vrij uitvoerig hadden kunnen worden besproken. Alle ambtenaren die aan de opstelling van deze nota hebben meege werkt, waren daarbij aanwezig. Ik vind het eigen lijk bijna immoreel een raad op dit ogenblik op deze manier met dit soort informatie te overvallen. Het was veel verstandiger geweest als dit in een veel eerder stadium aan ons was aangeboden, zodat wij er in onze opinievorming rekening mee hadden kunnen houden. Ik zou u, mijnheer de voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 420