8 MAART 1976 430 wij graag bevorderen. De heer Crul heeft gezegd dat hij niet zakelijk op allerlei punten zou ingaan maar alge mene beschouwingen naar aanleiding van de secto ren 6 en 7 zou houden. Ik heb zijn opmerkingen als zodanig opgevat. Zijn opmerkingen over de one-man- show, over de Maxis-vestiging en over andere on derwerpen heb ik beantwoord. De heer Houben is op de Spoorbuurt ingegaan. Wij blijven met elkaar van mening ver schillen, maar ik wil de heer Houben er in ieder geval op wijzen dat ook het college de brief die de heer Ten Wolde heeft voorgelezen, heeft ontvangen. Wij zijn blij dat het zo bij de bewo ners overkomt, ook al hebben wij nog niet de in druk de heer Hendriksen mag dat best weten dat alles wat met de inspraak samenhangt in de Spoorbuurt goed overkomt. Wij hebben in de Stads schouwburg een bepaald signaal opgevangen, naar aanleiding waarvan wij het preadvies aan de raad hebben veranderd. Het verheugt ons dat de veran deringen door bepaalde bewoners van de Spoorbuurt zijn ontvangen op de wijze die uit de brief blijkt die door de heer Ten Wolde en mij en wellicht ook door anderen is ontvangen. Ik ben het volkomen met de heer Houben eens dat de leefbaarheid van de Spoorbuurt voor de overloop naar Breda-Noord gunstig zou zijn. Onze voorstellen zijn daar ook op gericht. De heer Brummelkamp heeft daar heb je het gedonder al! een conclusie uit een te kening aan de muur getrokken. Aan het begin van de discussie heb ik al gezegd dat op de tekenin gen gedachte-ontwikkelingen worden weergegeven. Ik denk dat de heer Beckers de tekeningen verkeerd heeft geïnterpreteerd. Op de tekening heeft het tracé van de Nieuwe Prinsenkade naar de Gedempte Haven geen vier maar twee rijstroken. Het gedeel te van de Prinsenkade tussen de Trambrug en de Middellaan is in verband met opstelstroken tussen de twee rijstroken gescheiden door een langgerekte

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 430