m 8 MAART 1976 434 een economische functie aangezien de aanwezigheid van militairen in Breda ook in economisch per spectief moet worden gezien. Daarnaast ben ik van mening dat de militaire terreinen in de enge bin nenstad ook een andere functie mogen hebben. Ik vind dat wij daarover in alle vrijheid met. elkaar van gedachten moeten kunnen wisselen. Tot mijn grote vreugde heeft de heer Ten Wolde twee belangrijke uitgangspunten van het preadvies onderschreven: versterking van de woon functie en het weren van het doorgaand verkeer. De door de heer Ten Wolde bedoelde tellingen op het gebied van het parkeren zijn verricht en de resultaten daarvan maar dat mag ik niet zeggen kan men in de parkeernota vinden. Op de stads vernieuwing zal op korte termijn worden terugge komen, wanneer alle facetten van de stadsvernieu wing beter in de structuur van het gemeenteappa raat zijn ingepast. Ik kan toezeggen dat ik daar over graag met de commissie voor openbare wer ken zal spreken. Ik zal veel hebben vergeten, maar ik heb mijn best gedaan iedereen antwoord te geven. Ik dank u. (Tijdens het betoog van de heer Van Dun is het voorzitterschap overgenomen door de heer Broeders, loco-burgemees ter De VOORZITTER (de heer BROEDERS) Wie wenst het woord in tweede instantie? Wethouder VAN DUN; Er is een afspraak gemaakt dat er even zou worden gepauzeerd. De VOORZITTER: Is er een afspraak ge maakt? Wethouder VAN DUN: Zojuist met de bur gemeester De VOORZITTER: Die heeft nu eigenlijk niets meer te zeggen!

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 434