8 MAART 1976 438 met de moties die van de kant van V.V.D. en C.D.A. zijn ingediend. Op het ogenblik zouden wij eigen lijk het liefste de motie c.q. het amendement van P.v.d.A./P.P.R. steunen. In dit verband moet ik erop wijzen dat de fracties van P.v.d.A. en P.P.R. in hun opsomming van belangrijke alternatieven voor het gebied waarover de heer Crul heeft ge sproken, niet de parkeergelegenheid in dat gebied betrekken. B. en w. reserveren in hun plannen ruimte voor bijvoorbeeld een superstore, woningen of een hotel; daarnaast is echter op het Beyerd- Vlaszakterrein een ruimte voor het parkeren vrij gehouden. Ik zou graag willen dat de fracties van P.v.d.A. en P.P.R. daar nog iets over zeiden, aan gezien ik hun standpunt in dezen niet ken. Met de voorstellen inzake speel- en recreatiegelegenheid ben ik het eens, maar ik zou niet willen dat nu al zou worden beslist de mogelijkheid tot het creëren van een parkeergelegenheid in dit belang rijke gebied niet te onderzoeken. Het verheugt mij dat het college het amendement van de C.D.A.-fractie op voorstel nr. 47 wil overnemen. In dit verband zou ik het col lege willen vragen tijdens het onderzoek deze ma terie van diverse kanten te doen belichten. De heer VAN BANNING: Zonder mij over de Maxis te willen uitlaten, kan ik zeggen dat ik vandaag mijn "maxis" heb bereikt nu het college mijn motie wil uitvoeren. De heer BECKERSIk zal proberen de Nacht van Breda zo kort mogelijk te houden door mijn bijdrage te beperkenOp enkele vitale pun ten wil ik nog opmerkingen maken. Een persoonlijke indruk gevende, zou ik willen zeggen dat de toon van de wethouder mij aangenaam heeft getroffen: hij heeft duide lijk pogingen gedaan om de bestaande verschillen vooral op politiek gebied te overbruggen. Daarmee heeft hij echter tegelijk de indruk ge wekt dat er tussen C.D.A. en V.V.D. enerzijds en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 438