535
22 MAART 1976
Wanneer dit alles straks, voorzien van een advies,
uit de gewestraad komt, kan het afhankelijk
van de inhoud mogelijk nog in de raad worden
behandeld.
De heer DREEF: Mag ik dan tot de conclusie
komen dat de gemeenteraad van Breda, kennis geno
men hebbende van de uitgangspunten en de doel
stellingen van de nota, deze in het kader van be
paalde voorwaarden volledig steunt? Ik vraag
uiteraard op dit punt stemming.
De VOORZITTER: Ik meen dat de raad een uit
spraak over het voorstel van de heren Dreef en
Welschen moet doen, wanneer zij dat althans na
de gehouden discussie verlangen.
De heer WELSCHEN: Ik zou het erg graag zien.
Overigens zou ik nog willen zeggen dat de houding
van V.V.D. en C.D.A. mij op dit punt enigszins
bevreemdt. De nota zou verder worden bewerkt,
waarbij de reacties van de gemeentebesturen in de
beschouwingen zouden worden betrokken. In vrij
ruime kring is duidelijk dat de zwaarte van de
verschillende reacties zeer moeilijk te bepalen
is, omdat in enkele gevallen de reacties niet af
komstig zijn van gemeenteraden maar van ambtena
ren of colleges van b. en w. Naar mijn opvatting
zou het gewest er alleen mee gediend zijn als er
uit een gemeenteraad een duidelijk standpunt zou
komen. Op die manier zouden de gewestelijke dage
lijks bestuur-leden naar ik meen hun activiteiten
op veel zakelijker wijze kunnen voortzetten. Ik
begrijp het standpunt van de heren Geene en Ten
Wolde niet. Ik hoop dat zij daarvan terugkomen
en ik zou om een stemming willen verzoeken.
De VOORZITTER: B. en w. stellen voor het in
gekomen stuk C c voor kennisgeving aan te nemen;
de heren Dreef en Welschen hebben voorgesteld het
stuk om preadvies in handen van b. en w. te stel
len. Ik zou het voorstel van de heren Dreef en