543
22 MAART 1976
onzekerheden een grotere daling niet mag worden
uitgesloten. Dit is een enigszins bittere pil,
vooral omdat de vermindering bij de behandeling
van de begroting voor 1976 nog niet werd voorzien.
Tijdens de discussie in de fracties rees onder
meer de vraag of de nu gevolgde methodiek wel het
resultaat oplevert dat wij ervan hebben verwacht.
De V.V.D.-fractie was en is voorstandster van de
nu gevolgde methodiek voor de bepaling van de
budgettaire capaciteit, alleen al omdat wij nu
reeds inzicht hebben in de bestedingsmogelijkhe
den voor 1977 en de daaraan verbonden vrij be
steedbare ruimte. Overigens kunnen wij ons afvra
gen of aan de hand van de nu opgedane ervaring
niet tot een bijstelling op onderdelen moet wor
den overgegaan. Ik denk hierbij in het bijzonder
aan een studie op het gebied van de mogelijkheden
om per functie de overige kosten-component te ver
delen in een vast en een variabel deel, waarbij
het vaste deel moet worden gezien als het deel
van de kosten dat noodzakelijk is om een stad
naar behoren te laten functioneren; het variabele
deel betreft dan de kosten voor zaken die uit een
oogpunt van goed bestuur gewenst zijn maar die
niet als direct noodzakelijk hoeven te worden be
schouwd. Per functie zou daarna het variabele deel
in competitie dienen te worden gebracht met de
claims voor nieuwe activiteiten en uitbreiding van
bestaande activiteiten.
Tijdens de commissievergaderingen deelde de
wethouder mee dat ook in 1977 zou worden toege
staan in de afzonderlijke functies verschuivingen
aan te brengen. De V.V.D.-fractie vraagt zich af
of een dergelijke mogelijkheid in een tijd van
schaarste aan dekkingsmiddelen niet zal leiden tot
het vasthouden van oude, achterhaalde uitgaven
teneinde op die manier in het bestaande budget per
functie ruimte te creëren voor de aanpak van
nieuwe, eigen activiteiten. Een beloningssysteem
voor zuinig beleid is in een periode met een
groeiende vrije ruimte positief te waarderen. Nu
