549
22 MAART 1976
liggende voorstel wordt gevormd door de ruimte
die beschikbaar is voor nieuwe activiteiten of
voor uitbreiding van bestaande activiteiten. In
de commissie is al vaak over het zichtbaar maken
van deze ruimte gesproken. Verleden jaar is een
schuchtere poging gedaan om aan de raad en de com
missies in deze enige duidelijkheid te verschaf
fen. Daarover zijn kritische opmerkingen gemaakt
die erop neerkwamen dat de toegepaste methode
niet voldoet. Van de destijds beschikbaar gestel
de informatie is naar ik meen dan ook praktisch
geen gebruik gemaakt. Wij zijn van onze kant van
mening dat men met deze methode moet doorgaan en
dat men haar moet aanvullen overeenkomstig de
wensen die op dit punt in de commissie voor de
financiën en in andere commissies zijn uitgespro
ken. Alleen met zicht op wat beschikbaar is kan
men zinnig discussiëren. Wanneer men weet welke
bedragen beschikbaar zijn, kan men daar de acti
viteiten en de voorzieningen die men wenselijk
acht tegenover stellen.
Zoals men weet beschouwen wij de budgetver
deling als een goede methode, zeker in vergelij
king met de stapelmethode van vroeger, waaraan
naar onze mening meer bezwaren verbonden waren.
Aan de methode van de budgetverdeling ontbreekt
een belangrijk element, namelijk het samenhangend
beleid. Wij hopen dat er dit een jaar nu werke
lijk een stap op weg naar een samenhangend beleid
zal worden gezet.
Een ander zeer belangrijk aspect waar al zeer
vaak over is gesproken wordt gevormd door het in
schakelen van de burgerij bij de toepassing van
de methode. Toen dit onderwerp in de commissie
voor algemene zaken werd besproken, heeft de
voorzitter van deze raad uitdrukkelijk te kennen
gegeven dat hij wel oren had naar het geven van
invloed aan de burgerij bij opzet van de begro
ting. Hij zou dit aspect in het college bespreken.
Ik geloof niet dat hij daarna ziek is geworden,
maar ik heb in het raadsstuk hierover niets