22 MAART 1976 560 kosten-component is een ingewikkeld technisch vraagstuk, waarover naar ik meen in de commissie yoor de financiën het volgende is gezegd. Op de vorige kosten-component kan men niet altijd zon der meer een percentage van 8 toepassen, aange zien de situatie gevarieerd is. Het is voorstel baar dat kapitaalslasten in verband met de af schrijving verminderen; het afschrijvingsdeel zou in plaats van een stijging een vermindering kun nen ondergaan. Voorts is een subsidie in bepaalde gevallen gebonden aan een bedrag per inwoner van Breda, zodat het subsidiebedrag soms geen stij ging vertoont. Als de bevolking terugloopt, kan een subsidie die uitsluitend op basis van een be drag per inwoner wordt vastgesteld, zelfs enigs zins teruglopen. Ook de rente is in dit verband van belang. Zoals men weet hebben wij één grote leningsdienstwaarbij het renteniveau dat nor maal op de kapitaalmaarkt geldt nog niet is be reikt. Ook de stijging van de rente kan wel eens lager zijn dan 8 Dit is een technisch onder werp maar ik denk dat in de commissie voor de fi nanciën bovenstaande argumenten zijn aangevoerd. Op grond van deze argumenten komt men naar ik meen tot de conclusie dat de stijging met 8 niet over de gehele lijn zonder meer kan worden toegepast. Hierbij moet worden aangetekend dat bepaalde elementen van de overige kosten-compo nent wel een sterkere stijging dan met 8 zullen vertonen. Ik heb begrepen dat geen van de vier in het voorstel genoemde alternatieven in de fractie van de heer Suurmeijer met enthousiasme is ontvangen, maar dat men met pijn in het hart voor alterna tief 3 heeft gekozen. Hierover zou ik het volgen de willen zeggen. Als men ervan uitgaat ik heb niemand daar in de raad bezwaar tegen horen maken dat de berekening van de inkomsten juist is, komt men voor de harde conclusie te staan dat er minder te verdelen is dan wij allen graag

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 560