577
22 MAART 1976
Over de inschakeling van de burgerij hebben
wij ook in het college gesproken, omdat in de pe
riode waarin wij daarmee bezig zijn ook aan de
tijdsplanning moet worden gedacht. Ik neem aan
dat de planning in de commissie voor algemene za
ken ter tafel is gekomen. Als men deze planning
ziet, zal men tot de conclusie komen dat iedereen
met de rug tegen de muur staat. Het is bij voord
beeld volstrekt niet juist dat op het ogenblik de
boeken zouden kunnen worden gedrukt. De heer Crul
vergeet in dit verband het enorme werk van de ge-
detailleerde begrotingsopzet die nog door alle
functies moet worden gemaakt. Dat is een heidens
karwei waarvoor wij elk jaar opnieuw de bijzonde
re aandacht moeten vragen om het op tijd gereed
te krijgen. Elk jaar opnieuw wordt een extra in
spanning geleverd en de opzet en de uitwerking
van de gemeentebegroting vormen een heidens kar
wei voor alle onderdelen van het gemeentelijk be
leid. Als wij nu voorlopig het budget verdelen,
kan men aan een gedetailleerde begrotingsopzet
gaan werken, die na behandeling in het college in
juni in druk zal verschijnen. Daarmee willen wij
niet aangeven dat er niets meer aan kan worden
veranderd. Als wij met het drukken totdat alle
commissies aan bod zijn geweest, komt het druk
proces veel te laat gereed, zodat wij niet in de
loop van dit jaar aan de behandeling van de begro
ting toekomen; men weet welke gevolgen dit laatste
voor het gemeentebeleid in het volgende jaar
heeft.
De heer Crul heeft gezegd dat de voorstellen
van de kant van zijn groepering niet serieus zou
den worden genomen. Met deze uitspraak heb ik
moeite. Ik heb duidelijk gezegd dat de voorstel
len met betrekking tot het nieuwe beleid onzer
zijds bepaald serieus zijn genomen. Als het moge
lijk was geweest wij zouden graag hebben ge-
zien dat het mogelijk was geweest dan zouden
wij zeker met voorstellen zijn gekomen om de
ruimte voor nieuw beleid groter te doen zijn dan