22 MAART 1976 608 hoeveelheid industrieterrein over een langere pe riode van essentieel belang is. In dit verband zien wij ook de door u voorgenomen periodieke ac tualisatie. Voor wat betreft de door uw college geformuleerde aan toekomstige vestigingskandida ten te stellen eisen, die overigens door ons wor den onderschreven, is de V.V.D.-fractie met u van mening dat deze eisen alleen hanteerbaar zijn als een concretisering hiervan plaatsvindt. Ik zie met belangstelling uit naar het op verzoek van de B.R.I.M. door het N.E.I. uit te brengen rapport over het vestigingsplaatsonderzoek, waarbij ik u tevens wil vragen of dit rapport ook ter kennis van de raad zal worden gebracht. De V.V.D.-frac tie is zich bewust van de moeilijke taak waarvoor de gemeente zich geplaatst zal zien als in juni door de raad wordt besloten over te gaan tot de ontwikkeling van het woongebied Haagse Beemden. Het nagaan van de behoefte aan werkterreinen en de invulling hiervan voor de opvang van de dan versneld toenemende beroepsbevolking zullen geen benijdenswaardige taak zijn, mede in verband met het feit dat vooraf niet is te voorzien in welke sectoren deze toekomstige bewoners werkzaam zijn. Door het aanwijzen van Breda als groeistad heeft de rijksoverheid naar de mening van de V.V.D.- fractie de plicht op zich genomen Breda ook op het gebied van de werkgelegenheid financieel te ondersteunen omdat anders een aan deze situatie aangepast werkgelegenheidsbeleid niet of onvol doende mogelijk is, waardoor voor een toename van het forensisme zou moeten worden gevreesd. Ik wil het voorlopig hierbij laten en wacht met spanning op de behandeling in de raad van de kantorennota en het structuurplan Haagse Beemden voor wat betreft het daarin opgenomen industrie gebied. Tot slot een enkele vraag. Uit uw brief aan de heren Dreef en Kaarsemaker over dit agen dapunt blijkt dat er tussen uw college en de ver tegenwoordigers van de traditionele vakbonden overleg is gepleegd. Gaarne zou ik van u vernemen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 608