623 22 MAART 1976 negatief uitvalt hebt u de zaken graag eerder op een rij staan. Naar mijn gevoel kunnen wij wel aan dat verzoek voldoen en ik wil de motie van de heer Gielen namens het college dan ook overnemen. Ik zou er echter wel een paar dingen over willen zeggen. Allereerst denk ik zeker niet in de rich ting, waarin de heer Gielen met betrekking tot zijn passepartout denkt. Naar mijn gevoel is het zo en die filosofie hanteren wij ook voor het bad Oosterstraat dat, als men constateert dat er een kwalitatief verschil tussen het ene bad en het andere is, dit kwaliteitsverschil in het ge hanteerde tarief tot uitdrukking dient te komen. Dat betekent nog niet dat het veto over het passe partout is uitgesproken, want er valt natuurlijk wel een oplossing te creëren door middel van ver schillende soorten van bijbetaling of iets derge lijks. Daar zijn dus wel wat dingen voor te rege len. Een tweede opmerking die ik zou willen maken houdt in dat wij natuurlijk geen struisvogelpoli tiek moeten gaan bedrijven. De opbrengst die wij via de tariefstelling van de baden binnen moeten krijgen zal niet nadelig moeten worden beïnvloed door een passepartout. Ik meen dit als uitgangs punt naar voren te mogen brengen. Daarnaast lijken er mij inderdaad maar dat heeft de heer Gielen zelf ook al opgemerkt nogal wat problemen met de N.V. Sportfondsenbad te gaan rijzen, maar ook daarover kan in ieder geval worden nagedacht. Ik meen de motie te kunnen overnemen. De heer GIELEN: Ik heb nog een leuke sugges tie in de richting van de wethouder. Misschien zou het zinnig zijn de passepartouts tijdens de grote vakantie alvast te laten ingaan, dan zouden wij kunnen bekijken welk effect dit voor de Bre dase jeugd heeft. De heer EISSENS: De paasvakantie! De VOORZITTER: De heer Gielen vindt het een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 623