64 19 JANUARI 1976 tief karakter draagt en dat er waarborgen zijn in gebouwd die de samenhang bevorderen. Ik zou in dit verband duidelijk van hem willen vernemen waar deze waarborgen zijn ingebouwd. Ik hoef alleen maar te wijzen op de brief van de schooladviesdienst, die zich er zorgen over maakt dat zijn feiten die in het preadvies worden vermeld dat er in de cultuur allerlei ontwikkelingen op het gebied van de muziek en van de educatieve voorzieningen plaats vinden waarvoor de eerste verantwoordelijkheid juist bij hem ligt. Hoe wil de wethouder tezamen met zijn collega van onderwijs, de S.A.D. en het bureau culturele zaken een vorm proberen te vinden waarin deze dingen deugdelijk kunnen worden gere geld? Op het wegingsproces in de nota is diverse ma len gewezen, zowel door mij als door de wethouder in allerlei commissievergaderingen. Het wegings proces is niet voor iedereen gelijk; de maatschap pijvisie speelt er een rol bijDit is volstrekt duidelijk, maar men dient een wegingsproces op zeer duidelijke criteria te doen stoelen. Als de crite ria alleen maar zakelijk en functioneel zijn, is men inderdaad bezig met het oudeliberale maar dan liberaal in de gunstige zin van het woord beleid, waarbij cultuur op iedereen wordt gericht. Wij zijn evenwel van mening dat dit wegingsproces nu best een ander karakter en een andere inhoud mag krijgen: er moeten politieke criteria worden in gebracht, juist om de groepen die niet in de gele genheid zijn geweest van de financiën en de voor zieningen in deze welvaartsstaat te genieten, óók die mogelijkheden te geven. De VOORZITTER: Wij zullen thans pauzeren. Ik schors de vergadering. PAUZE De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. De heer OOMEN: De opmerking waarmee ik aanvan-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 64