711 22 APRIL 1976
het kleuter- als met het basisonderwijs in het
centrum van Princenhage wordt gestart.
Er zijn wat kritische opmerkingen met betrek
king tot de voorgeschiedenis gemaakt. Er is opge
merkt dat dit voorstel er zonder de werkgroep
misschien niet geweest zou zijn en wellicht is
dat inderdaad zo
De heer WELSCHEN:Ik zei niet "misschien niet"
maar "zeker niet"J
De VOORZITTER: Dat kunt u niet met zekerheid
zeggen. Het behoort tot een vorm van besturen die
ons allemaal wel aanspreekt dat men, als ergens
iets naar boven komt, probeert daar positief op
in te spelen. Daar is bijvoorbeeld het functione
ren van die samenleving, die op bepaalde momenten
iets signaleert waar men dan naar moet willen
luisteren. Ik wil niet zeggen dat hetgeen gesig
naleerd wordt altijd kan worden opgelost, maar
men moet het serieus behandelen en wij hebben ook
getracht dat te doen. In zoverre beoordeel ik de
gehele samenwerking in Princenhage zeer positief.
Ik heb goede contacten met het Katholiek school
bestuur, met de contactraad en met de werkgroep
gehad en ik meen dat de ontwikkeling bijzonder
gunstig kan worden genoemd.
De belangstelling voor het openbaar onderwijs
groeit over het algemeen genomen inderdaad, maar
ik wil de heer Welschen er wel op wijzen dat dit
niet in alle wijken op dezelfde wijze tot uiting
komt. Daarbij spelen verschillende factoren een
rol, die toch van invloed kunnen zijn op de be
langstelling voor deze of gene school. Een en an
der is dus niet zo exact te voorspellen. Was het
maar waar dat wij het allemaal zo exact konden
voorspellend Er vinden soms merkwaardige bewegin
gen in het onderwijs plaats en achteraf blijken
de prognoses door welke oorzaken dan ook vaak niet
helemaal te kloppen. Ik ben er wel van overtuigd
dat de presentatiestelling van het openbaar onder
wijs in de stad Breda, die in de afgelopen periode