22 APRIL 1976
712
heeft plaatsgevonden, de toets der kritiek 'kan
doorstaan, zij het dan dat altijd wordt gehandeld
aan de hand van de inzichten die men op het moment
van de beslissing heeft. De informatie kan hier en
daar wat tekort zijn geschoten. De heer Welschen
is van mening dat dit door mijn voortvarendheid
kan zijn gebeurd, een geluid dat ik van verschil
lende kanten heb gehoord. U zult begrijpen dat ik
heel veel besprekingen heb gevoerd en dat zowel
de gedachtenvorming als het inzicht intussen wat
duidelijker is geworden. Dat is een groeiproces.
Het is mij wel eens overkomen dat ik een gesprek
met een bepaalde instantie had gevoerd en dat men
mij twee weken later kwam verwijten dat ik een
week later tegen een ander meer had verteld. Het
kan ook voorkomen dat men op een bepaald moment,
dagelijks met de materie bezig zijnde, gewoon iets
vergeet te vertellen. U moet dat echt in het licht
van de ontwikkeling van de gehele aangelegenheid
zien, waarbij zich inderdaad communicatiestoornis
sen kunnen voordoen. De ervaring heeft mij geleerd
dat men, als men met zoveel instituten, oudercom
missies, ouders, schoolhoofden, leerteams, con
tactcommissies en werkgroepen contact moet houden,
wel moet proberen dat zo goed mogelijk te doen,
maar dat communicatiestoornissen toch kunnen voor
komen. Ik zal proberen het wat dat betreft in de
toekomst zo goed mogelijk te doen.
Op de vraag met betrekking tot de methodiek
heb ik geen antwoord omdat ik op dit moment de
verfijningen nog niet ken. Ik heb de kwestie gis
teren nog in de werkbesprekingen van onderwijs
aan de orde gesteld en u weet dat de sociografi
sche dienst een studie van dit geheel maakt. De
rapportage daarover is volgens mijn informatie
bijna gereed en daarna zou onderwijs een nader ge
sprek met de sociografische dienst kunnen voeren.
Ik kan u toezeggen dat wij er dan in de commissie
onderwijs op terug zullen komen teneinde over de
methodiek van de voorspelling te praten. Ik voor
spel u daarbij dat, welke methodiek u ook kiest,