713 22 APRIL 1976 het toch altijd een methodiek zal zijn die in de praktijk zijn feilen zal tonen. Wat de nieuwbouwwijken betreft weet u dat wij met betrekking tot de Haagse Beemden een werk groep hebben, waarin de verschillende punten aan de orde komen. Ik moet zeggen dat dit veel moei lijker is dan ik mij bij de aanvang had voorge steld, mede ook gezien de wijziging van de plan nen etc. Ik ga deze maand kijken in een aantal plaatsen, waar men een ruimtelijke samenwerking kent die misschien wat meer flexibiliteit vertoont dan die, welke wij tot nu hebben. Ik zal mijn er varingen dan mede in de besprekingen met de werk groep gebruiken omdat ik inderdaad van mening ben dat men die flexibiliteit zo groot mogelijk zou moeten maken. Ik ben een beetje bang dat maar ik wil dat ook met de inspectie en de werkgroep bespreken de afstand, die bestaat tussen de bereikbaarheid en de omvang van de school, grenzen zal stellen aan de meest ideale situatie, waarin de ruimte aanwezig is en de invulling volstrekt volgens de wensen van de ouders zou kunnen ge schieden. Dat vraagstuk is in de werkgroep aan de orde en wij streven daarnaar, maar ik denk dat in dit opzicht nog wel een aantal beperkingen naar voren zal komen. Ik wil niet over de sport- en gemeenschaps accommodatie spreken. Wij hebben daar uitvoerige contacten over gehad en mijn collega Van Graafei land zal daar verder op ingaan. Wethouder VAN GRAAFEILAND: In de "Hoofdlij nen van beleid"op grond waarvan dit college zitting heeft, staat dat waar mogelijk een multi functioneel gebruik van voorzieningen moet worden nagestreefd en dat dreigt hier en daar nog te lukken ook. Eén van de voorbeelden, reeds genoemd door mevrouw Koek, is de streekschool en ook in Princenhage hebben wij waarschijnlijk de mogelijk heid in dat opzicht iets van de grond te brengen. Wij zijn in november 1975 gestart met het overleg

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 713